Geeft voorlichting, advies en instructie Danny

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

Voorlichting, Advies en Instructie

Aansluiten bij zorgvrager(-s)

Criteria: De voorlichting / instructie moet aansluiten bij de (zorg-) vraag, behoefte en mogelijkheden van de zorgvrager(-s)

 De gebruikte hulpmiddelen, communicatiemiddelen en 

-methodieken passen  bij onderwerp. ( en zorgvragers)

Verantwoorden van keuzes; visie en ervaring

Wat versta jij onder gezondheid?

Gezondheid 1948 WHO

Gezondheid is een toestand van volledig lichamelijk, psychisch en sociaal welbevinden, niet alleen de afwezigheid van ziekte of andere lichamelijke gebreken.

Gezondheid ( Huber 2012)

Is het vermogen van mensen zich aan te passen en een eigen regie te voeren in het licht van fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven.

Lichamelijke en psychische gezondheid en sociaal welbevinden

Lichamelijk: balans tussen willen en kunnen

Psychisch: je goed voelen ( gedrag en beleving) 

Sociaal welbevinden: plaats in de samenleving en sociaal economische omstandigheden ( regels en wetten)

Wat is het verschil tussen voorlichting en advies?

Voorlichting

Weloverwogen informatie geven en het belang van de zorgvrager staat daarbij centraal.

Helpt de zorgvrager een mening te vormen en bij het nemen van een besluit.

De volgende elementen zijn belangrijk bij het geven van voorlichting:

• Communiceren.
  
• Weten wat belangrijk is.
  
• Ontwikkelen van gewenst gedrag.
  
• Informatie overdragen.
  
• Meer inzicht en kennis verschaffen.
  

Doel van voorlichting

Gezond gedrag aanleren of ongezond gedrag afleren.

Gezondheid verbeteren.

Iemand leert het meeste als degene die voorlichting geeft, zich verplaatst in degene die voorlichting ontvangt.

Voorlichting is vrijblijvend.

Advies

• Iemand iets aanraden of een tip geven.
  
• Deskundige suggesties in de vorm van raad en tips.
  
• Vanuit de professionele kennis.
  
• Meer sturend dan voorlichting, maar ook vrijblijvend.
  

Kenmerken van goed advies

• Uitvoerbaar.
  
• Eenduidig geformuleerd.
  
• Begrijpelijk voor de zorgvrager.
  
• Afgestemd op de omstandigheden van de zorgvrager.
  
• In het belang van de zorgvrager.
  
• Op deskundigheid gebaseerd.
  

Adviezen door jouw als professional

Gezondheidsproblemen zijn vaak een aanleiding om de leefwijze van een zorgvrager te willen veranderen. Als verpleegkundige/verzorgende kun je hierin adviseren. De inhoud van je advies wordt onder meer bepaald door:

• Het gezondheidsprobleem.
  
• De gevolgen ervan.
  
• Lichamelijke en geestelijke vermogen nog intact?
  
• Lichamelijke en geestelijke mogelijkheden.
  
• Sociale opvang mogelijkheden.
  

Welke adviezen werden gegeven ?

Wat is instructie?

Instructie

• Hoort bij een handeling.
  
• Gerichte informatie over hoe, wanneer of op welke manier iets moet gebeuren.
  
• Vaak een onderdeel van een behandeling.
  

Instructie kan gebeuren via

• Directe communicatie.
  
• Geschreven handleiding.
  
• Commandosignaal in een acute situatie.
  
• Digitaal bijv. CD / DVD.
  
• Onderdeel van een werkinstructie.
  

Werkinstructie

• Informatie om handeling zelfstandig uit te voeren.
  
• Taal moet begrijpelijk zijn.
  
• In een handboek staan vaak verschillende werkinstructies bij elkaar.
  

Aanpak van voorlichting, advies en instructie

"methodisch proces"

1. voorbereiding

2. uitvoering

3.Evaluatie

Voorbereiding

1. voorlichtingsvraag of -behoefte (expliciet/impliciet)

2. aan wie en waar over?

3. beginsituatie en doel (SMART)?

4. wie, waar, wanneer, vorm?

Uitvoering

• snappen, onthouden, kunnen uitvoeren!!
• kennis, inzicht, vaardigheid?
• educatie / informatie / overreden /advies /instructie?
• ondersteunende middelen
• vertrouwen!!!

Werkvormen

• informatiegesprek ( interactief?)
• discussie
• opdracht 
• toepassen vaardigheden ( instructie) 

Opdracht

Je hebt 5 minuten om na te denken over een werksituatie waarin je in aanraking bent gekomen met een vorm van voorlichting, advies en / of instructie.

Dit bespreken we daarna gezamenlijk en gaan proberen het onder te verdelen in de volgende 3 categorieën:

• Voorlichting.
  
• Advies.
  
• Instructie.
  

Wet publieke gezondheid

Verschillende soorten preventie

1. primaire preventie

2. secundaire preventie

3. tertiaire preventie

Geef voorbeelden van primaire, secundaire en
tertiaire preventie

Vormen van preventie

• primaire preventie richt zich op mensen die gezond zijn;
  
• secundaire preventie richt zich op mensen die in een heel vroeg stadium van een bepaalde ziekte verkeren en nog geen ziekteverschijnselen hebben.
  
• tertiaire preventie richt zich op mensen die een bepaalde ziekte hebben in een gevorderd stadium en die wel verschijnselen hebben.

Verschillende niveaus

1.  microniveau: 

2. mesoniveau:

3. macroniveau:

Wat heeft invloed op het gezondheidsgedrag van zorgvragers?

Motieven voor gedragsverandering

• weegschaal ( argumenten voor-tegen)
• wat vinden anderen van hun gedrag
• sociale afwegingen
• haalbaarheid

Wat kunnen redenen zijn om gedrag niet te veranderen?

Te kort aan :

• kennis
• vaardigheden
• motivatie
• faciliteiten

ASE model

Helpt je bij het begrijpen van gezondheidsgedrag.

Mens is zich doorgaans niet van alle 3 de factoren (ASE) bewust.

Attitude; wat iemand vind van bepaald gedrag

Sociale omgeving: normen, voorbeeld gedrag, sociale steun

Eigen effectiviteit; haalbaar? sociale druk?, bij spanning?

ASE-model

https:

Opdracht

Denk na wat voor jou de grootste gedragsverandering is geweest die je hebt doorgemaakt?

Welke factoren van het ASE model hebben bewust mee gespeelt om te komen tot die gedragsverandering.

• Attitude.
  
• Sociale invloed.
  
• Eigen effectiviteit.
  

Het proces van voorlichting, advies en instructie

De brenger

Volgende factoren spelen onbewust een rol:

• Eigen karakter.
  
• Leeftijd.
  
• Geslacht.
  
• Belangrijk is dat je deskundig bent.
  

De boodschap

Kern van de voorlichtingsactiviteit oftewel de inhoud.

Zorgverlener moet het belang inzien van de boodschap:

• Doel?
  
• Gevolgen indien therapieontrouw?
  
• Mogelijke impact (emotionele druk)?
  
• Als zorgverlener zal je ook kennis moeten hebben van gedrag om een gedragsverandering te bevorderen.
  
• Voorbereiding is erg belangrijk.
  

De ontvanger

Vertrouwen ligt aan de basis van een goede voorlichting.

Kenmerken die bijvoorbeeld mee kunnen spelen om de boodschap op de juiste manier af te stemmen op de zorgvrager zijn:

• Geslacht.
  
• Leeftijd en fysiek aspect.
  
• Geloof.
  
• Thuissituatie.
  
• School / werksituatie.
  
• Relationele en persoonskenmerken.
  

Beïnvloeding

Als zorgverlener moet je instaat zijn om:

• Problemen te signaleren.
  
• Doelen te formuleren.
  
• Activiteiten te ontplooien.
  
• NOOIT DWANG UITOEFENEN!!!!!!!!!
  
• Effect van dezelfde voorlichting kan totaal verschillend zijn.
  

Aanpak van voorlichting, advies en instructie

• Voorbereiding.
  
• Voorlichtingsvraag / behoefte.
  
• Wie is de zorgvrager?
  
• Doel?
  
• Onderwerp?
  
• Wie, waar en wanneer wordt de voorlichting gegeven?
  
• Uitvoering.
  
• Evaluatie.
  

Opdracht

Maak groepjes van 3 personen

Bespreek samen een casus waarin je voorlichting, advies of instructie gaat geven (denk aan kaartjes)

Bekijk goed welke van de 3 je gaat gebruiken

Speel deze casus:

1: zorgvrager

2: zorgverlener

3: beoordelaar

Patiëntenvoorlichting en kennisverwerking.

Patiëntenvoorlichting

Bij jullie op het werk worden de zorgvragers voorgelicht.

Op welke manier gebeurd dit?

Bespreek dit klassikaal

Kennisverwerking

Stappen in een leerproces

Stap 1: betekenis geven - snappen.

Stap 2: plaatsen - verbanden zien.

Stap 3: Integreren - opnemen.

Stap 4: operationaliseren - in de praktijk kunnen toepassen.

Stap 5: Ervaren - oefenen.

Stap 6: beheersen - kunnen.

Voorwaarden om te kunnen leren

• Waarnemen.
  
• Concentreren.
  
• Onthouden.
  

Opdracht

Situatieschets: Jij moet als verpleegkundige mevrouw Hessels patiëntenvoorlichting geven over het gebruik van de insulinepen. Hoe zou je dit aanpakken a.d.h.v. de hiervoor genoemde stappen in het leerproces? Beschrijf dit kort voor jezelf. Hierna bespreken we dit klassikaal.

Stap 1: betekenis geven - snappen.

Stap 2: plaatsen - verbanden zien.

Stap 3: Integreren - opnemen.

Stap 4: operationaliseren - in de praktijk kunnen toepassen.

Stap 5: Ervaren - oefenen.

Stap 6: beheersen - kunnen.