Ruilen over tijd afronding Havo 4

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Afronden hoofdstuk 1

Ruilen over de tijd

de

Afronden hoofdstuk 1

Ruilen over de tijd

Hoe leer jij voor een toets/examen?

Hoeveel uren/dagen/weken (vantevoren) spendeer je aan het voorbereiden voor een economietoets of examen?

Ben je tevreden over de tijd die je gebruikt om te leren of vind je dat je anders/langer/korter/eerder zou moeten leren?

Hoe leer jij voor een toets?

Hoe leer je voor een toets?

• Stof doorlezen (?) PowerPoints doorkijken (?)
• Opdrachten maken (Examenvoorbereiding aan het einde van het hoofdstuk of herhalingsopdrachten aan het einde van iedere paragraaf)
• Samenvatting maken per paragraaf (met kleurtjes)
• Vragenlijst (toets) voor jezelf maken

Leren leren

• Toets voor jezelf maken over H1:
  - (minimaal) 3 vragen bedenken per paragraaf + uitgebreid antwoord opschrijven
  - doel: stof beter snappen & voorbereid zijn op toetsvragen
• Inleveren voor het einde van de les. 
  -  foto sturen van je zelfgemaakte toets of inleveren op papier met je naam
• Voor inspiratie:
  - check de begrippenlijst op pagina 37 en maak vragen over die begrippen
  - check de lesdoelen (aan het einde van elke prf in je boek en in de PP's)
  - je mag een vraag uit het boek kopiëren als dat helpt de stof te snappen
• Reflectie: wat vind je van deze manier van leren? is het anders? leer je meer/is het nuttig? kost het meer tijd?

Lever je toets in (met je naam)

Lever je toets in met je naam. Reflectie: wat vind je van deze manier van leren? is het anders dan hoe je normaal leert? leer je meer/is het nuttig? kost het meer tijd?

Reflectie: wat vind je van deze manier van leren? is het anders dan hoe je normaal leert?
leer je meer/is het nuttig? kost het meer tijd?

1.1 Adviseer je aan overheden van arme landen om te investeren in menselijk kapitaal? Geef in je antwoord de betekenis van "menselijk kapitaal" en van "verdiencapaciteit".

1.1 In welke twee categorieën kun je je "financiële situatie" opdelen? Geef per categorie 3 voorbeelden.

1.1 Wat is het verschil tussen "levensloop" en "levensfase"?

1.1 Wat heeft geld sparen op een bank te maken met rente?

1.2 Welke 3 factoren zorgen voor een hogere rente en waarom?

1.3 Wat is de vuistregel om reële rente te berekenen?

1.3 Wat is de formule om de reële rente te berekenen?

1.3 Wat is het antwoord van huiswerkopgave 36 p.29?