Spreken, kijken, luisteren

spreken, kijken en luisteren
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

spreken, kijken en luisteren

Slide 1 - Diapositive

lesdoelen

-Je kunt het onderwerp van een test benoemen.
- Je kunt een overtuigende tekst herkennen.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Lien

Slide 4 - Lien

Wat is het onderwerp van beide fragmenten?

Slide 5 - Question ouverte

Stel je voor:
je gaat verhuizen.

Aan welk fragment heb je dan het meest?

A
fragment 1
B
fragment 2

Slide 6 - Quiz

Hoe kun je serviesgoed het best verpakken?

Slide 7 - Question ouverte

Waarop moet je letten bij het vervoeren van een plasmascherm?

Slide 8 - Question ouverte

Waarin kun je het beste kleine schilderijen en spiegels verpakken?

Slide 9 - Question ouverte


Hoe kun je het beste antieke vazen verpakken?


Slide 10 - Question ouverte

Slide 11 - Lien

In dit filmpje kwamen verschillende mensen aan het woord. Aan wie wilden ze iets vertellen?
A
bazin van de zeehondencrèche
B
inwoners van Harlingen
C
kijkers op tv

Slide 12 - Quiz

Wat is de boodschap van de sprekers?

Slide 13 - Question ouverte

Welk spreekdoel wordt gebruikt?
A
informeren
B
uitleg geven
C
overhalen

Slide 14 - Quiz

Noem een argument dat gebruikt wordt door de sprekers?

Slide 15 - Question ouverte

Wat betekent: Harlingen is de toegangspoort tot het waddengebied

Slide 16 - Question ouverte

Harlingen

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Lien

Wat is het onderwerp van dit programma?

Slide 19 - Question ouverte

Voor welke doelgroep is dit programma?
A
peuters / kleuters
B
kinderen
C
volwassenen

Slide 20 - Quiz

Waaraan kun je dat horen?

Slide 21 - Question ouverte

Wat is het doel van de presentator?
A
iets uitleggen
B
vertellen wat er is gebeurd
C
zijn mening geven

Slide 22 - Quiz

Welk spreekdoel hoort bij een mening geven?
A
informeren
B
uitleg geven
C
overtuigen

Slide 23 - Quiz

Waar gaat de film over?

Slide 24 - Question ouverte

Wat voor soort film is dat?
A
actiefilm
B
komische film
C
romantische film

Slide 25 - Quiz

Wat is de mening van de presentator?

Slide 26 - Question ouverte

Slide 27 - Diapositive