3a Woordenschat H1

Woordenschat - H1 - Stijlfiguren
3 vwo
Nieuw Nederlands
blz. 26 - 29
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Woordenschat - H1 - Stijlfiguren
3 vwo
Nieuw Nederlands
blz. 26 - 29

Slide 1 - Diapositive

Lesopbouw
- Leesmomentje

- Woordenschat H1: theorie bespreken 
- Woordenschat H1: opdrachten online maken

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Woordenschat H1: leerdoelen
  • Ik kan uitleggen wat stijlfiguren zijn. 
  • Ik kan uitleggen wat retorische middelen zijn. 
  • Ik kan uitleggen wat repetitio, enumeratio, opsomming in drieën, drieslag, climax en omgekeerde climax zijn.
  • Ik kan een repetitio, enumeratio, opsomming in drieën, drieslag, climax en omgekeerde climax herkennen in een zin/tekst. 
  • Ik kan woordbetekenis achterhalen door middel van de tekst te lezen of een woordenboek te gebruiken.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Aan de slag!
  1. Maak de opdrachten online. Begin ook vast aan woordenschat H2. Volgende week moeten we anders 3 hoofdstukken doen. 

Slide 9 - Diapositive

Les 2 - H1 Woordenschat: stijlfiguren
3 vwo
Nieuw Nederlands
blz. 26 - 29

Slide 10 - Diapositive

Je hebt mensen en mensen.

A
Drieslag
B
Anticlimax/omgekeerde climax
C
Repetitio
D
Enumeratio

Slide 11 - Quiz

'Vanavond nog lichte, vanaf morgen matige en na het weekend strenge vorst.'
A
Repetitio
B
Enumeratio
C
Climax
D
Drieslag

Slide 12 - Quiz

Wat ben jij een miezerig, vervelend, irritant, misselijk ventje
A
drieslag
B
enumeratio
C
climax
D
repetitio

Slide 13 - Quiz

Hij voelde zich goed, geweldig, fantastisch toen hij geslaagd was.
A
opsomming in drieën
B
enumeratio
C
repetitio
D
climax

Slide 14 - Quiz

Hij dacht een auto te hebben gewonnen, maar het was zelfs geen fiets. Zijn prijs was een zakradiootje.
A
anticlimax
B
drieslag
C
opsomming in drieën
D
enumeratio

Slide 15 - Quiz

Vroeger gold: verliefd, verloofd, getrouwd; maar hoe is dat tegenwoordig?
A
Repetitio
B
Enumeratio
C
Climax
D
Drieslag

Slide 16 - Quiz

Geen gezeur: je bord leeg eten, de spullen in de vaatwasser zetten en dan snel aan je huiswerk voor morgen.
A
Repetitio
B
Opsomming in drieën
C
Enumeratio
D
Drieslag

Slide 17 - Quiz

Het vlees, de organen, de botten, de huid, de hoorns, echt alles van de koe wordt verwerkt tot producten.
A
Repetitio
B
Enumeratio
C
Climax
D
Drieslag

Slide 18 - Quiz

Om corona te stoppen moeten we testen, testen, testen.
A
Repetitio
B
Enumeratio
C
Climax
D
Drieslag

Slide 19 - Quiz

Regenwouden, tropische stranden, exotische dieren en bijzondere steden hebben we gezien.
A
Repetitio
B
Enumeratio
C
Opsomming in drieën
D
Climax

Slide 20 - Quiz