1. (de geschiedenis van) straatnamen 2. Laan van Lekkerkerk (naar een tuinder)
3. a: omslachtig - ingewikkeld, b: singel - gracht om een stad, c: lokaliseren - plaats bepalen van, d: in de volksmond - zoals de gewone man het zegt, e: prominent - opvallen, f: staat van dienst - positie op basis van prestaties, g: uit de grond gestampt - heel snel gebouwd h: in zwang - (veel) gebruikt i: heeft veel voeten in de aarde - kost nogal wat moeite
Slide 3 - Diapositive
Nakijken opdracht 2
4. Kortom 5. Men vond de eerdere uitgebreide beschrijvingen te omslachtig 6. daarom 7. toelichtend verband 8. zo 9. Het werd overal steeds drukker, waardoor de postbodes en hulpdiensten moeite kregen met het vinden van de juiste adressen. 10. De belangrijkste reden
Slide 4 - Diapositive
Doelen:
Lezen H2 Je leert over tekstverbanden en signaalwoorden.
Slide 5 - Diapositive
Bij een concluderend verband wordt een conclusie getrokken uit eerdere informatie in de tekst.
Een redengevend verband geeft aan waarom iemand iets doet of vindt.
Een oorzakelijk verband toont waardoor iets gebeurt (buiten iemands wil).
Tekstverband Signaalwoord
dus, daarom, dat houdt in, kortom, concluderend, al met al
omdat, daarom, dus, want, de reden hiervoor is, dankzij
doordat, daardoor, als gevolg van, dat komt door, het gevolg is, dus, dankzij
Maken opdracht: 4
Slide 6 - Diapositive
Nakijken opdracht 4
1. slacklinen 2. Nee, durf ik niet 3. alinea 1, 2, 3, 7, 8, 9 (alleen het einde)
4. alinea 4: over de achtergrond van slacklinen alinea 5: over de verschillende niveaus van slacklinen alinea 6: over de eerste beginselen van slacklinen / de dingen die je moet weten als je begint met slacklinen alinea 9: over de pogingen van de auteur om te slacklinen
Slide 7 - Diapositive
Nakijken opdracht 4
5. a verkocht - enthousiast b. gefocust - geconcentreerd c. uitdaagt - verleidt d. een vlucht nemen - groot worden e. gradaties - niveaus f. scherp - goed in vorm g. participerende - meedoende/deelnemende h. een brug te ver - niet te moeilijke/niet haalbaar i. met een slok op - aangeschoten/alcohol in het lijf 6. omdat de slacklijn onder je voeten beweegt.
7. daarom
Slide 8 - Diapositive
Nakijken opdracht 4
8. Bij koorddansen loop je over een stalen kabel; bij slacklinen loop je op een elastische band 9. hierdoor 10. A chronologisch verband 11. Met die laatste categorie bedoelt de schrijver de groep mensen die slacklinen tussen twee bergpassen in met 500 meter lucht en leegte onder zich. 12. 1) redengevend - want, 2) tegenstellend - maar 13. slacklinen als circuskunstje - slacklinen als sport 14. participerende journalistiek houdt in dat de schrijver van een journalistieke tekst zelf ook meedoet met zijn onderwerp. In dit geval gaat de schrijver van de tekst ook zelf slacklinen. 15. doordat 16. oorzaak: de lijn is elastisch, gevolg: je voeten beginnen directe te wiebelen zodra.. zet
Slide 9 - Diapositive
Spelling blz 36
Doel: Je kunt werkwoorden in de gebiedende wijs correct spellen.
Slide 10 - Diapositive
Gebiedende wijs
Zie filmpje
Slide 11 - Diapositive
Maken blz 37
Opdracht 3: in het werkboek Opdracht 4: in het werkboek
Slide 12 - Diapositive
Opdracht 3
a) hij bemint - hij beminde b) hij boft - hij bofte c) hij bonst - hij bonsde d) hij steelt - hij stal e) hij strandt - hij strandde f) hij veracht - hij verachtte g) hij verbiedt - hij verbood h) hij vreest - hij vreesde