Wiskunde: Antwoorden les 4

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Les 4

NAKIJKEN

Je bent klaar met het maken van de opdrachten van Les 1. Top!

Ik heb jullie werk nagekeken en nu is het belangrijk dat jullie dit zelf ook goed gaan doen.

Kijk jouw antwoorden goed na. 

Heb je een fout die je niet begrijpten, neem dan contact op met mevr. Thijs

 

Testje

ANTWOORDEN

Let er ook op dat je de berekening goed hebt opegeschreven.

Opdracht 1

Samantha heeft een vakantiebaan bij een tuinder. Ze verdient € 4,50 per uur.

 Samantha krijgt ook € 10, - vakantiegeld. Ze berekent haar loon met de pijlenketting.

Hoeveel verdient ze als ze 8 uren werkt?

Opdracht 2 

Jannie heeft een abonnement van € 60,- voor het zwembad. Een toegangskaartje kost Jannie dan nog maar € 2,-.

Met de formule 

  60 + aantal keer zwemmen x 2 = kosten

rekent zij uit hoeveel de totale kosten zijn.

 

Hoeveel moet Jannie betalen als ze 11 keer gaat zwemmen?

Opdracht 3

Maak bij de formule een pijlenketting.

aantal foto's x 0,25 + 1,50 = kosten

Opdracht 4

Hoe maak je een pijlenketting bij een formule?

Maak de zin af:

  Zet de woorden uit de formule ...................................

  Zet boven de pijlen ...........................................

Opdracht 5

Maak pijlenkettingen bij de formules.

1.       10 + 7 x uren = kosten

2.       uren x 10 + 7 = kosten

       3.      uren x 7 + 10 = kosten      4.     7 + 10 x uren = kosten    

Opdracht 6

Welke formules van vraag 5 zijn gelijk?

Opdracht 7

Maak de omgekeerde pijlenketting bij de pijlenkettingen. 

Opdracht 8

Ronde 8 

ANTWOORDEN

Opdracht 9

Kim wil een laptop van € 525,- kopen. Zij besluit om € 15,- per week te gaan sparen. Ze gebruikt de formule

75 + 15 x aantal weken = spaarbedrag

Bereken het spaarbedrag als zij

 10 weken heeft gespaard. 

Opdracht 10

75 + 15 x aantal weken = spaarbedrag

Maak een pijlenketting en een omgekeerde pijlenketting bij de formule.

Opdracht 11

Gebruik de omgekeerde pijlenketting uit de vorige opdracht.

Bereken hoeveel weken Kim moet sparen om de laptop van € 525,- te kunnen kopen?

Opdracht 12

 Inez koopt een snoeppot van € 5,-. Zij vult de pot met snoep. Bij het totale bedrag hoort de formule

aantal gram x 0,06 + 5 = bedrag. 

Bereken het bedrag als Inez 25 gram snoep koopt.

Opdracht 13

aantal gram x 0,06 + 5 = bedrag. 

Maak een pijlenketting en een omgekeerde pijlenketting bij de formule.

Opdracht 14

Gebruik de omgekeerde pijlenketting uit de vorige opdracht.

Inez geeft voor de pot met snoep

 € 8,- uit.

 Bereken hoeveel gram snoep er in de pot zit.

Opdracht 15

 Ilse verkoopt bakjes met fruit.

 Haar winst kunt je berekenen met de formule 

aantal bakjes x 2,50 – 40 = winst

 Bereken de winst als zij 25 bakjes fruit verkoopt.

er in de pot zit.

Opdracht 16

aantal bakjes x 2,50 – 40 = winst

Maak een pijlenketting en een omgekeerde pijlenketting bij de formule.

Opdracht 17

Gebruik de omgekeerde pijlenketting uit de vorige opdracht.

Bereken het aantal bakjes fruit dat Ilse heeft verkocht als zij een winst van
€ 67,50 heeft. 

LET OP!

App mevr. Thijs als je les 4 hebt nagekeken.

Laat haar weten of je alles begrijpt of dat je nog vragen hebt.