1 Je kunt uitleggen waarom het in Noord-Europa kouder is dan in Zuid-Europa.
2 Je kunt uitleggen welke invloed temperatuurverschillen hebben op plantengroei.
3 Je kunt benoemen welke klimaten in Europa voorkomen en je kunt ze beschrijven aan de hand van temperatuur en neerslag.
4 Je kunt vertellen welke natuurlijke zones in Europa voorkomen en je kunt de ligging beschrijven.
5 Je kunt uitleggen wat plantengrenzen zijn en je kunt uitleggen hoe ze ontstaan.