Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Herhaling TV 2.1 en 2.2
Werkwoordspelling: persoonsvorm
Tegenwoordige tijd én verleden tijd
1 / 21
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Cette leçon contient
21 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Werkwoordspelling: persoonsvorm
Tegenwoordige tijd én verleden tijd
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd correct spellen.
Aan het einde van de les kun je de persoonsvorm in de verleden tijd correct spellen.
Aan het einde van de les kun je de klankverandering van het werkwoord identificeren.
Slide 2 - Diapositive
Wat weet je al over de spelling van de persoonsvorm?
Slide 3 - Carte mentale
Persoonsvorm
De vorm van een werkwoord die varieert afhankelijk van het onderwerp en de tijd.
Slide 4 - Diapositive
Tegenwoordige tijd
De tijd die wordt gebruikt om acties te beschrijven die nu gebeuren.
Slide 5 - Diapositive
Regels voor het spellen van de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd
ik = stam van het werkwoord (ik-vorm)
jij/u = ik-vorm + t
jij erachter = ik-vorm
iets of iemand anders = stam + t
meervoud = hele werkwoord
Slide 6 - Diapositive
Regels voor het spellen van de persoonsvorm in de verleden tijd
Bij regelmatige werkwoorden voegen we 'te' of 'de' toe aan de stam van het werkwoord, afhankelijk van de klank van de laatste letter van de stam.
't exkofschip
Bij onregelmatige werkwoorden verandert de klinker
Slide 7 - Diapositive
Verleden tijd
De tijd die wordt gebruikt om acties te beschrijven die in het verleden hebben plaatsgevonden.
Slide 8 - Diapositive
Het identificeren van de klankverandering van het werkwoord
Sommige werkwoorden ondergaan een klankverandering in de verleden tijd.
Bijvoorbeeld: 'lopen' wordt 'liep', 'vinden' wordt 'vond'
Slide 9 - Diapositive
Schrijf drie sterke werkwoorden op.
Slide 10 - Question ouverte
Wat is juist?
A
Wordt jij later beroemd?
B
Word jij later beroemd?
Slide 11 - Quiz
Wat is juist?
A
De oude man verstuurt de brief.
B
De oude man verstuurd de brief.
Slide 12 - Quiz
Wat is juist?
A
Zij begeleiden de vrouw naar huis gisteren
B
Zij begeleidden de vrouw naar huis gisteren.
Slide 13 - Quiz
Wat is juist?
A
Hoe laat land het vliegtuig?
B
Hoe laat landt het vliegtuig?
Slide 14 - Quiz
(Worden) jij ook gek van al die werkwoordspelling?
A
wordt
B
word
Slide 15 - Quiz
Verleden Tijd
Zij ........ hem in zijn zij.
A
port
B
porde
C
porte
D
pordde
Slide 16 - Quiz
De verleden tijd van mixen is?
A
mixde
B
mixte
Slide 17 - Quiz
Vul de pv in de verleden tijd in.
'Tijdens deze les ... ik iets over de verleden tijd, toch?' (leren)
A
leer
B
leerde
C
leerden
D
verzon
Slide 18 - Quiz
Waarom is werkwoordspelling zo belangrijk?
A
Het is een hobby van mijn docent
B
Het is een belangrijk onderdeel van het instellingsexamen schrijven
C
Het is belangrijk in formele situaties juist te spellen
D
alle voorgaande antwoorden zijn goed
Slide 19 - Quiz
Deelwoorden, hoe zat het ook alweer?
Slide 20 - Diapositive
Aan de slag
NN Taalverzorging 2.1 afmaken
NN Taalverzorging 2.2 afmaken
NN Taalverzorging 2.3 maken
Slide 21 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Werkwoordspelling: persoonsvorm
Juillet 2023
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Spelling persoonsvorm in de vt
Juin 2019
- Leçon avec
25 diapositives
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
Werkwoordspelling
Mai 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Spelling 1.9 Talent
Janvier 2024
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
220328_2F_wk 13_les 1
Mars 2022
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
Werkwoordspelling
il y a 13 jours
- Leçon avec
39 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Werkwoordspelling
Janvier 2021
- Leçon avec
39 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Werkwoordspelling
Septembre 2024
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1