2XV: 18-09-2023

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

1. Ga rustig zitten
                   op je eigen plaats
   
   
2. Pak je spullen: schrift, boek, laptop + oortjes/ koptelefoon
   
   
3. Telefoon in de telefoontas en luister naar de docent

Le programme

 Les devoirs - huiswerk

 Woordjes leren: bron A + B (slim stampen) 

• Enquête Frans (Teams) + SO
• Passé composé (voorkennis activeren en oefenen)
  
• 
  

• Bron D: maak opdrachten online boek; ex. 16-17abc-19 + opdrachten planning wk 37 afmaken.

SO Frans

Datum: 27-09-2023

Leerstof: H1 (bron A + B + D)

Duur: 20 min

Gewicht: 0

Passé Composé

Passé composé

Leerdoel: ik kan een werkwoord vervoegen in de passé composé 

Passé composé 

J'ai mangé une banane.

Ik heb een banaan gegeten.

Hoe vorm je de passé composé?

De passé composé bestaat uit 2 delen

1. vorm w.w. avoir

2. voltooid deeltwoord (er-é)

Verschil présent - passé composé

Présent	Passé composé
Ik werk	Ik heb gewerkt
Je travaille	J'ai travaillé
Wij kopen	Wij hebben gekocht
Nous achetons	Nous avons acheté

Passé composé maken

De passé composé maak je door :
een vorm van "avoir" (hebben)
(in de tegenwoordige tijd)
+
voltooid deelwoord 

Passé composé

(ik heb gepraat = J'ai parlé)

AVOIR

j'ai 

tu as

il, elle, on a

nous avons

vous avez

ils, elles ont

VOLTOOID 

DEELWOORD

Werkwoorden

op -er 

parler = parlé

onregelmatige werkwoorden

avoir = eu

être = été

faire = fait

Attention (Let op)!!!

In het Frans: J'ai été betekent letterlijk: Ik heb geweest.

 In het Nederlands zeg je natuurlijk: Ik ben geweest.         

Passé-composé

Passé composé: exercice

Instructies voor deze oefening:

-Pak je schrift                               

 -Schrijf er je antwoord op        

-Laat zien je antwoord aan je buurman/buurvrouw     

Passé composé: exercices

Vervoegen het werkwoord tussen haakjes au PC.

1.  On (passer) _____ _________ de bonnes vacances 
2. Tu (avoir) _____ ______ un livre comme cadeau.     
3. Liz et Luc (aimer) ______ ______ la ville.                      
4. Hier, nous (faire) ______ _______ du sport.                

H1 (bron D): exercices

Maak opdrachten op pg. 32 t/m 35, ex. 16-17abc-19 (zelfstandig)

Ben je klaar, leer je woordjes (A + B) of opdrachten in de planning afmaken.

Noteer 

Woensdag: 20-09-2023

Leren: Woordjes bron A + B

(af)Maken: opdrachten bron D

Let op: opgeladen laptop en oortjes meenemen

Nu kan ik een werkwoord in de passé composé vervoegen.

😒🙁😐🙂😃

Merci pour ton travail et ton attention.

Tenslotte

• Pak je tas in en 
• Blijf zitten tot de bel gaat. 

Dan:

• Stoel aanschuiven
  
  
• Rustig naar de volgende les