Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
Éléments de cette leçon
Wat weet je nog?
- Maak de instaptoets op bladzijde 5 t/m 8
Slide 1 - Diapositive
Wat weet je al over endogene krachten?
Slide 2 - Carte mentale
Tijdschalen
Door relatieve en absolute ouderdomsbepaling schatten we dat de aarde ongeveer 4,6 miljard jaar oud is. Bij relatieve ouderdomsbepaling gebruiken we fossielen, kenmerken voor elke periode. Absolutie ouderdom meten we door radioactief verval.
Slide 3 - Diapositive
Opbouw van de aarde
Door het bestuderen van aardbevingsgolven weten we dat de aarde bestaat uit:
Kern: mengsel van nikkel en ijzer. Verdeeld in vaste binnenkern (4700 graden C.) en iets vloeibare buitenkern.
Mantel: ijzer en magnesium: binnenmantel: vaste stof
buitenmantel taai en vloeibaar
Korst: verbindingen zuurstof met ijzer, magnesium, natrium en aluminium. Continentale korst: 35 tot 40 km dik. Oceanische korst: 7 - 10 km dik.
Slide 4 - Diapositive
Lithosfeer en asthenosfeer
Lithosfeer: zuurstofrijke gesteente van de korst + zuurstofarme gesteente van het vaste buitenste deel van de mantel.
Asthenosfeer: laag onder de lithosfeer die door de temperatuur taai en vloeibaar. Hier vinden we dan ook de convectiestromen.
Continentale korst bestaat vooral uit graniet. Oceanische korst uit basalt. Basalt heeft een zwaarder soortelijk gewicht, maar de continentale korst is dikker.
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
binnenkern
buitenkern
Asthenosfeer
Binnenmantel
Buitenmantel
Continentale korst
Oceanische korst
Slide 7 - Question de remorquage
Slide 8 - Diapositive
Actualiteitsprincipe
In miljarden jaren is er veel met de aarde gebeurd, hoewel er geen mens bij is geweest kunnen we deze gebeurtenissen verklaren door het actualiteitsprincipe: natuurwetten in het verleden zijn hetzelfde als die in het heden.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
Continental drift
Alfred Wegener ontdekte dat fossielen op continenten voorkomen die gescheiden worden door oceanen. Ook zag hij dat gesteenten en gebergten op elkaar aansloten. Volgens Alfred waren de continenten vroeger aaneengesloten aan elkaar in één supercontinent Pangea genaamd. Doordat platen konden drijven waren continenten op drift geslagen.
Slide 11 - Diapositive
Bewijzen voor continental drift
Alfred is overleden voordat zijn theorie echt werd aangetoond. Tegenwoordig weten we dat hij gelijk had door
dieptemetingen van de oceaanbodem
dateringen van de oceaanbodem (verderweg van de oceanische rug neemt de ouderdom toe)
Bestudering van het aardmagnetisch veld.
Slide 12 - Diapositive
Continental drift
Continenten bewegen doordat de oceanische korst horizontaal beweegt. De snelheid van deze bewegingen verschil per plaat.
Slide 13 - Diapositive
Convectiestromen
Lithosfeer bestaat uit een aantal grote en kleine platen (ook wel schollen genoemd) die drijven op de stoperige asthenosfeer. Deze plaatbewegingen worden aangedreven vanuit het binnenste van de aarde.
Het materiaal in de mantel stroomt door deze warmte omhoog. Tijdens de weg omhoog koelt het materiaal af, hierdoor neemt de soortelijke massa toe (en is dus zwaarder) waardoor het weer daalt = convectiestroom
Slide 14 - Diapositive
Platentektoniek
Dankzij de convectiestromen bewegen de platen (ze ontstaan, bewegen en verdwijnen) dit proces noemen we platentektoniek.
Slide 15 - Diapositive
Drie plaatbewegingen
We kennen drie soorten plaatbewegingen:
- Divergente plaatbewegingen;
- Convergente plaatbewegingen;
- Transforme plaatbewegingen
Slide 16 - Diapositive
Vulkanisme
Er bestaan op aarde verschillende soorten vulkanen; vaak elk met hun eigen type vulkanisme.
Soorten vulkanen:
Hot spot vulkaan
Schildvulkaan
Samengestelde of stratovulkaan
Caldeira
Slide 17 - Diapositive
Vulkanen
Type uitbarstingen:
Effusieve eruptie
Explosieve eruptie
Beschrijf elk soort vulkaan (wat zijn de processen die een rol spelen); de locatie van de vulkaan en verklaar welk soort eruptie erbij hoort.
Slide 18 - Diapositive
Aardbevingen
Schaal van Richter: logaritmische schaal die de vrijkomende energie bij een aardbeving meet.
Wat is het verschil tussen het epicentrum en het hypocentrum?
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Vidéo
https:
Slide 21 - Lien
Aardbevingen in Nederland
Ook in Nederland vinden aardbevingen plaats:
- Winning van aardgas
- Tektonische bewegingen van de aardkorst
Slide 22 - Diapositive
knmi.nl
Slide 23 - Lien
Omschrijf in je eigen woorden hoe een tsunami gevaarlijk kan worden.
Slide 24 - Question ouverte
Welke woord past niet bij IJsland?
A
Divergente plaatbeweging
B
Convergente plaatbeweging
C
Effusief vulkanisme
D
Mid-Oceanische rug
Slide 25 - Quiz
Welk woord hoort er niet bij?
A
Subductie
B
Transforme plaatbeweging
C
Mid-oceanische rug
D
Explosief vulkanisme
Slide 26 - Quiz
Zet de plaatbewegingen op volgorde van zwaarte (H --> L) van de aardbevingen? 1. divergent 2. convergent 3. transform