Welke factoren beïnvloeden de T?

1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeSecundair onderwijs

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herhaling: 'Hoe bepaalt de breedteligging het klimaat?'

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De zon haar stralen leggen de kortste afstand af tot de ... (het zal hier altijd aangenaam warm zijn)
A
De nulmeridiaan
B
De Steenbokskeerkring
C
De Kreeftskeerkring
D
De evenaar

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk seizoen is het in België als de zon loodrecht invalt op de steenbokskeerkring?
A
Zomer
B
Winter
C
Herfst
D
Lente

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als het in België winter is, is het in Australië
A
Winter
B
Zomer
C
Herfst
D
Lente

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

België bevindt zich tussen ...
A
tussen de keerkringen
B
tussen de keerkringen en poolcirkels
C
rond de keerkringen
D
tussen poolcirkels en polen

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zuid-Afrika bevindt zich tussen de steenbokskeerkring en de ZP-cirkel hier...
A
Is het heel het jaar door erg warm
B
is afwisselend warm en koud
C
is het bepaalde perioden erg warm
D
is er sommige perioden geen inval van de zon

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opfrissing
We weten dat: klimaten ontstaan door de stand van de zon ten opzichte van de verschillende breedtecirkels..
We leren vandaag: nog 4 andere factoren die de invloed van de T op aarde kunnen bepalen.


Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2.3 'Welke factoren beïnvloeden de T?
Polaris 1, hoofdstuk 3 '51°N-27.8°C' blz. 12 ROUTE 1

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom is het bij Julio in Neiva (Colombia) warmer dan bij Jan in Linter (België)?

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is volgens jou de reden dat het in België kouder is dan in Colombia?

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Factor 1: ligging ten opzichte van de evenaar
a. Waarom is het bij Julio in Neiva (Colombia) warmer dan bij Jan in Linter (België)?
Julio woont dicht bij de evenaar. Daar staat de zon het hele jaar 's middags erg hoog en loodrecht.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b. Wat is de T op de top van de berg?
A
– 6°C
B
6°C
C
8°C
D
-3°C

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

b. Wat is de T aan de voet (beneden) van de berg?
A
-8°C
B
6°C
C
8°C
D
-3°C

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

b. Hoe hoger we gaan hoe .... de
temperatuur
A
Warmer
B
Kouder

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Factor 2: hoogteligging 
Besluit: hoe hoger een plaats gelegen is hoe kouder.
Skiën --> hoog in de bergen, koud = meer kans op sneeuw.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

                                    Focus op de winter (januari)

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

c. Bekijk en vergelijk Brussel (België) met Kiëv (Oekraïne).
Hoe VERDER van de oceaan hoe...
A
Zachter/warmer de winter
B
Kouder de winter

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

                          Focus op de lente/ zomer (juni)

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

c. Bekijk en vergelijk Brussen (België) met Kiëv (Oekraïne).
Hoe DICHTER bij de oceaan hoe...
A
frisser de zomer
B
warmer de zomer

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Factor 3: ligging ten opzichte van de zee/ oceaan
In de zomer warmt de zee op --> herfst, warmere bries het land in.
In de winter koelt de zee af --> zomer, frisse bries het land in.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

d. Vul de tabel in
Vergelijk eerst de ligging van St. John (Ca)  met die van Brest (Fr)

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

d. Vul de tabel aan
Hoe


Opdracht: bedenk een onderzoeksvraag die je kan helpen om bovenstaand kader te onderzoeken.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderzoeksvraag

Slide 25 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

e. Verklaar de T verschillen tussen ST John (Ca) en Brest (Fr)
Er stroomt een warme zeestroom langs de Franse kust en een koude zeestroom langs de Canadeese kust.

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Factor 4: zeestromen
Warmere/ koudere zeestromen zorgen voor een T verschil op plaatsen die dezelfde ligging hebben.

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Groene kader blz. 12
De temperatuur van een klimaat binnen een klimaatzone hangt af van:
  • Factor 1: ligging ten opzichte van de evenaar.
  • Factor 2: hoogteligging
  • Factor 3: ligging ten opzichte van de zee/ oceaan
  • Factor 4: zeestromingen

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Vidéo

Herhalingsvideo

Slide 32 - Vidéo

Inleidende video - volgend onderdeel (volgende les?)