Woensdag 1 februari rekentrainer hoofdstuk 4

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Welkom

Ga rustig zitten.

Pak alvast je boek, pen en rekenmachine.

Je jas is aan de kapstok.

Vandaag

- Examenvragen

- uitleg van de rekentrainer 

- Zelfstandig aan het werk (10 minuten)

- nakijken

- Zelfstandig werken aan de rekentrainer.

Lesdoelen

Je kunt aan het einde van deze les rekenen met procenten op verschillende manieren:

- groei en krimp

- percentage uitrekenen

- import quote uitrekenen

Paragraaf 4.4

Wat is ook alweer de EMU?

Wat is een wisselkoers?

Hoe reken je ook alweer met een wisselkoers?

Examenvraag 1 (2p)

De vader van Mirko bekijkt het prijsverschil tussen een biertje in

Nederland en een biertje in Kroatië. Gegeven zijn de volgende prijzen en btw-percentages.

                                    btw                              consumentenprijs                        btw bedrag

Nederland              21%                                € 3,00                                               € 0,52

Kroatië                     25%                                € 1,80                                              €

Bereken in twee decimalen hoeveel de btw bedraagt op een biertje in

Kroatië. Noteer je berekening.

Vader zegt: “Nu Kroatië EU-lid is geworden, worden er geen invoerrechten meer op producten uit de EU geheven. Dit zal ook gevolgen hebben voor de Nederlandse export.”
Wat is waarschijnlijk het gevolg voor de export uit Nederland wanneer de
invoerrechten tussen Nederland en Kroatië worden afgeschaft?

1. De Nederlandse export naar Kroatië zal waarschijnlijk afnemen.
2. De Nederlandse export naar Kroatië zal waarschijnlijk gelijk blijven.
3. De Nederlandse export naar Kroatië zal waarschijnlijk toenemen.

Klaas heeft op school al eerder wat geleerd over de taken en
werkzaamheden van consumentenorganisaties, zoals het doen van
vergelijkende warenonderzoeken.
Geef aan waarom een consumentenorganisatie dé aangewezen
instantie is voor het doen van een vergelijkend warenonderzoek.

Import en export in verhouding met de totale productie

Import ten opzichte van de totale productie

waarde van de import : waarde van de totale productie x 100

Schrijf dit op

Stel:

Je hebt de waarde van de import die is € 567.345 De totale productie is € 1.345.678  Bereken op 1 decimaal. 

€ 567.345 : € 1345.678 x 100 = 42,2%

Je importeert 42,2% van de totale productie. 

Groei en krimp in procenten

Formule:

(Nieuw - Oud) : Oud x 100

Percentage uitrekenen

totaal : 100 x percentage

Stel je hebt 550 leerlingen en er zijn er 12.3% ziek. Hoeveel leerlingen zijn er ziek?

schrijf dit op

Antwoord

550 : 100 x 12.3 = 67 leerlingen

Afronden op hele procenten, want je hebt geen halve leerlingen 

Zelfstandig werken

Aan de slag met rekentrainer op bladzijde 28 en 29 van je boek

Afsluiten van de les.