Fictie week 41 2E les 2

in telefoontas telefoontas
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

in telefoontas telefoontas

Slide 1 - Diapositive

Vandaag
Fictie

10 min stil lezen
Herhaling vorige les: Tijd
Nieuw onderwerp: Ruimte H23
Huiswerk nakijken 
Keuze 

Slide 2 - Diapositive

Kern

Slide 3 - Diapositive

Planning
Week 41 H 22 en 23
Week 42 vakantie
Week 43 H37 en 38, werkwoordspelling en opdracht fictie
Week 44 maandag 31 oktober inleveren opdracht fictie 
                   vrijdag 4 november toets werkwoordspelling

Slide 4 - Diapositive

Stil lezen
timer
10:00

Slide 5 - Diapositive

Lesdoelen 
H22


Je leert hoe de schrijver spanning creëert met het gebruik van tijd. 


Slide 6 - Diapositive

Huiswerk nakijken

opdracht H22 1 t/m 10

Je mag een nakijkboek bij mij ophalen. 

Slide 7 - Diapositive

Herhaling vorige les

H22 Tijd


Slide 8 - Diapositive

H22 Fictie - Tijd

Slide 9 - Diapositive

Tijd in verhalen (boek, serie of film) 

Chronologisch = gebeurtenissen vinden plaats in de volgorde waarin ze hebben plaatsgevonden

Niet-chronologisch = niet in volgorde waarin ze hebben plaatsgevonden

Slide 10 - Diapositive

Niet-chronologisch
Bijvoorbeeld:

  • Het verhaal begint in het midden
  • Het verhaal begint aan het einde

Slide 11 - Diapositive

Doorbreken chronologie
  • Flashback --> een personage kijkt terug naar het verleden

  • Flashforward --> de lezer krijgt alvast een kijkje in de toekomst

Slide 12 - Diapositive

Vertel(de) tijd
1. verteltijd = de lengte van het verhaal (woorden, zinnen, aantal bladzijden, aflevering etc.)

2. vertelde tijd=  de tijdperiode die in een verhaal wordt besproken

Slide 13 - Diapositive

Een voorbeeld
Harry Potter


- De verteltijd is 228 bladzijden.  
- De vertelde tijd is ongeveer 10 maanden: vanaf begin schooljaar tot einde schooljaar.

Slide 14 - Diapositive

De vertelde tijd.....

.... kan versneld of vertraagd worden.

Slide 15 - Diapositive

Versnelling
“Leroy bracht drie maanden door in Praag, waarna hij meteen doorreisde naar Rome om daar nog eens drie maanden te blijven.”

Verteltijd = één zin (of 5 seconden)
Vertelde tijd = 6 maanden

 

Slide 16 - Diapositive

Vertraging
“Leroy liep over straat. Hij was eindelijk in Praag. Verwilderd keek hij om zich heen. Hij zag mensen vol boodschappen tassen lopen. Hij hoorde vogels fluiten en rook de lucht van warme broodjes. Hij bedacht zich dat hij nog niet had gegeten en dat hij zijn moeder nog moest bellen. Hoe zou het met haar gaan?" Etc...........

Verteltijd = 7 zinnen (of 15 seconden)
Vertelde tijd = 2 seconden 

Slide 17 - Diapositive

H23 Ruimte

Samen blz. 94 doornemen

Slide 18 - Diapositive

Huiswerk
Noteer in je agenda!

Maken opdrachten H23 opdracht 1 t/m 5


Slide 19 - Diapositive

Aan de slag 
Kies uit wat je gaat doen

Maken opdrachten H23 opdracht 1 t/m 5
Dit is ook het huiswerk. 

Lezen

Oefenen werkwoordspelling klik HIER voor de link

Fictieopdracht





Slide 20 - Diapositive

Zijn voor jou de lesdoelen behaald

Slide 21 - Diapositive

Volgende les
Na de vakantie

H37 Plot & H38 Motief
Werkwoordspelling
Fictie opdracht

Slide 22 - Diapositive

Schuif je stoel aan, fijne dag.
Geniet van je vakantie!

Slide 23 - Diapositive

Hoe ging deze les?
Wat heb je geleerd vandaag?

Wat vond je leuk aan deze les? 

Heeft iemand vragen?

Slide 24 - Diapositive