4BB 10.5 Voortplanting van planten les 2 12-02

10.5 Voortplanting van planten les 2
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

10.5 Voortplanting van planten les 2

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen welke delen van een bloem voor voortplanting zorgen.
  2. Je kunt uitleggen hoede bestuiving bij insectenbloemenen bij windbloemen gaat.
  3. Je kunt uitleggen hoe een stuifmeelkorrel en eicel bevrucht.
  4. Je kunt uitleggen hoe na bevruchting vruchten en zaden ontstaan.
  5. Je kunt uitleggen hoe een zaadje gebouwd is en hoe een nieuw plantje uit een zaadje groeit.
  6. Je kunt beschrijven hoe planten ontstaan zonder dat er bevruchting is geweest

Slide 2 - Diapositive

Meeldraden
Kelkblad
Stamper
Kroonblad

Slide 3 - Question de remorquage

kroonblad
stamper
meeldraad

Slide 4 - Question de remorquage

Bestuiven en bevruchten
Bestuiven = stuifmeel komt (door insect of wind) op de stempel 
De stuifmeelkorrel vormt een buis door de stijl naar beneden, richting de vruchtbeginsels (met daarin de eicellen).
Bevruchten = kern van stuifmeelkorrel en eicel smelten samen - bevruchte eicel
Geslachtelijke voortplanting

Slide 5 - Diapositive

De meeldraad
helmdraad
helmhokje
helmknop

Slide 6 - Question de remorquage

De stamper
stempel
stijl
vruchtbeginsel

Slide 7 - Question de remorquage

Windbloem
Windbloem
Windbloem
Insecten-bloem
Insecten-bloem
Insecten-bloem

Slide 8 - Question de remorquage

Hoe ontstaan zaden en vruchten?
Na de bevruchting begint alles te groeien:
1. het vruchtbeginsel van de stamper groeit uit tot een vrucht

2. binnenin het vruchtbeginsel groeien alle zaadbeginsels waarbij de eicel is bevrucht uit tot een zaadje

Slide 9 - Diapositive

In de bloem:
Zaadbeginsels worden zaden
De zaadbeginsels ontwikkelen zich tot zaden. 



1. Verschrompeld zaadbeginsel: Dit zaadbeginsel is niet bevrucht.
2. Een minder goed ontwikkelt zaad (het kleinere boontje)

1
Restant bloemkelk met bloemsteel

2
Restant van de stijl

3

Slide 10 - Diapositive

Zaden
- Kiem (mini blaadje en mini worteltje)
- Zaadlobben met reservevoedsel

Stop je een zaadje in de vochtige grond, dan gaan ze ontkiemen en wordt het een nieuw plantje (Het gebruikt eerst het reservevoedsel uit de zaadlobben)

Slide 11 - Diapositive

Zwangerschap heeft 2 fasen
1. De eerste 12 weken
In deze fase ontstaan alle organen van het kind. Dit heet ontwikkeling, het ongeboren kind heet dan een embryo

2. Van week 12 tot geboorte
In deze fase vindt alleen groei plaats, je noemt het ongeboren kind dan een foetus
Levenscyclus


Slide 12 - Diapositive

Ongeslachtelijke voortplanting
Hoe gaat voortplanting zonder bevruchting?

  • Voortplanting met bevruchting =
      geslachtelijke voortplanting
    - zaden
  • Voortplanting zonder bevruchting =
      ongeslachtelijke voortplanting
    - bollen / knollen / uitlopers / wortelstok

Slide 13 - Diapositive

Geslachtelijke voortplanting
Ongeslachtelijke voortplanting

Slide 14 - Question de remorquage

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen welke delen van een bloem voor voortplanting zorgen.
  2. Je kunt uitleggen hoede bestuiving bij insectenbloemenen bij windbloemen gaat.
  3. Je kunt uitleggen hoe een stuifmeelkorrel en eicel bevrucht.
  4. Je kunt uitleggen hoe na bevruchting vruchten en zaden ontstaan.
  5. Je kunt uitleggen hoe een zaadje gebouwd is en hoe een nieuw plantje uit een zaadje groeit.
  6. Je kunt beschrijven hoe planten ontstaan zonder dat er bevruchting is geweest

Slide 15 - Diapositive


Einde 
hoofdstuk 10


Maken
blz. 127

Vragen?

Slide 16 - Diapositive