Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
In de vakantie heb ik voornamelijk:
A
Gelezen
B
Netfix gekeken
C
Geslapen
D
Gegamed
Slide 3 - Quiz
Het mooiste/leukste kerstcadeau dat ik heb gehad is:
Slide 4 - Question ouverte
Het lekkerste wat ik heb gegeten is:
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Waarom leer je op school nieuwe woorden en hoe je achter de betekenis van onbekende woorden komt?
Slide 11 - Question ouverte
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Vul achter de cijfers de woorden in die daar horen. Vooral 1... voelen 2... erg 3... als 4... onderweg 5... niet kunnen 6... De 7... van de 8... voelt zich 9... verloren als 10... niet 11... kunnen 12...
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Je komt in een tekst een woord tegen waarvan je de betekenis niet kent. Wat kun je doen?