Thema 3 dag 4 individueel

Thema 3 dag 4
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2ISK

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Thema 3 dag 4

Slide 1 - Diapositive

Enkelvoud
Meervoud
de geboorte
de begrafenis
de geboortes
de verjaardag
de begrafenissen
de bruiloft
de verjaardagen
de scheidingen
de scheiding
de geboorten
de bruiloften

Slide 2 - Question de remorquage

Wat is dit?
A
de bruiloft
B
het liefdesverdriet
C
de scheiding
D
de verjaardag

Slide 3 - Quiz

Wat is dit?
A
de bruiloft
B
het liefdesverdriet
C
de scheiding
D
de verjaardag

Slide 4 - Quiz

Wat is dit?
A
trouwen
B
samenwonen
C
alleenstaand
D
scheiden

Slide 5 - Quiz

Wat is dit?
A
trouwen
B
samenwonen
C
alleenstaand
D
scheiden

Slide 6 - Quiz

de of het?

Dit is ... familie
A
de
B
het

Slide 7 - Quiz

de of het?

Dit is ... gezin.
A
de
B
het

Slide 8 - Quiz

de of het?

... moeder praat met het kind.
A
De
B
Het

Slide 9 - Quiz

de of het?

Dit is .... verjaardag.
A
de
B
het

Slide 10 - Quiz

de of het?

.... kleinkind zit bij de grootouders.
A
De
B
Het

Slide 11 - Quiz

de of het?

... schoolkind gaat naar school.
A
De
B
Het

Slide 12 - Quiz

de of het?

Dit zijn ... vrienden.
A
de
B
het

Slide 13 - Quiz

de bruiloft
de geboorte
verliefd
de grootouders
knippen
luisteren
plakken
denken
lopen
tellen

Slide 14 - Question de remorquage

Hij heeft ....................... .

Slide 15 - Question ouverte

De .......................
is met haar ouders .

Slide 16 - Question ouverte

De .......................
wonen naast ons huis.

Slide 17 - Question ouverte

Kijk de volgende video's met 
oe 
en 
uu.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Vidéo

Oe, la, la

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo

Slide 23 - Vidéo

Schrijf de werkwoorden.
Pas op! Schrijf de goede vervoeging.
Ik ben Helma
Jij bent Sama
Hij is Ali
Zij is Veronique
Wij zijn mensen
Jullie zijn leerlingen
Zij zijn Oekraïens

Slide 24 - Diapositive

De vrouw ...................... de haren .

Slide 25 - Question ouverte

Zij ....................... .

Slide 26 - Question ouverte

De dokter .......................
naar het hart .

Slide 27 - Question ouverte

De jongen .......................
het geld .

Slide 28 - Question ouverte

Zij ...................... met de man.

Slide 29 - Question ouverte

Ik ben Helma,
zij ....................... Selma.

Slide 30 - Question ouverte