Week 39

• Spaans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

¿Qué vamos a hacer hoy?

• Repaso: Clave E - 5 min
• Quizlet - 15 min
• J. Gramática - 15 min
• Pauza - 5 min
• F. Escuchar - 15 min
• H. Los números - 15 min

Over 2 weken S.O

Lesdoelen

Aan het eind van deze les:

• heb ik de frases clave herhaalt
• heb ik de persoonlijke voornaamwoorden herhaald
• ken ik de vorm van het ww Ser
• heb ik kunnen luisteren en begrijpen
• heb ik nieuwe woordenschat geleerd

¡Bienvenidos a la clase de Español!

Hoy es ___________

Mañana es _____________

¿Dónde está?

¿Es un pueblo?

¿Qué tal?

¿Dónde vives?

Waar ligt dat?

Is het een dorp?

Hoe gaat het?

waar woon je?

Beantwoord deze vraag in een zin:

¿Dónde vives?

QUIZLET 

Oefen de voca via quizlet

Link staat onder huiswerk in magister

Geen verbinding

Alle wifi vergeten en dan opnieuw verbinden 

Geen Laptop/baterij

Je schrijft de woordjes over in je schrift

Los pronombres personales

Wat zijn de enkelvoud persoonlijke voornaamwoorden in het Spaans

1. Yo, tú, él
2. Yo, tú, él, ella, usted
3. Yo, tú, él, ella, nosotros, usted
4. Yo, tú, ella, usted

Welke voornaamwoord gebruik je bij:

Juan y yo?

Repaso: Weet jij de pronombres personales nog in het Spaans? Koppel de juiste Nederlandse betekenis eraan. Doe daarna hetzelfde met de rode kaartjes.

YO

TÚ

ÉL, ELLA, USTED

NOSOTROS, NOSOTRAS

VOSOTROS, VOSOTRAS

ELLOS, ELLAS, USTEDES

ik

jij

María y Pepe

zij (mv)

u 

wij

hij

jullie

zij

mi hermano y yo

u (mv)

Isabel y tú

Juan

señor González

Laptop in je tas

Tekstboek pág 16

pak je schrift voor aantekeningen

Werkboek pág 22

D. Het werkwoord SER

TB pág 16

Wat betekent ser ?

Hoe vervoeg je ser ?

Wanneer/hoe kun je ser gebruiken?

Ser

                  Ser = zijn (onreglmatige werkwoord)            tegenwoordigetijd

ik ben

Jij bent

hij/zij/ het is/ u bent

Wij zijn

Jullie zijn

Zij zijn

Yo

Tú

Él/ella/usted

Nosotros

Vosotros

Ellos/ellas/ustedes

Soy

Eres

Es

Somos

Sois

Son

In het Sp hoef je niet de persoonlijke voornaamwoord te schrijven/ zeggen

Werkboek (WB) pág 22 + 23

Samen: ejercicio 23B

Luister naar de zinnen en onderstreep de juiste vorm van ser

klaar?

Maak ejercicio 24 t/m 26

Korte pauze

Una pauza

14B - 14C (1.40)

Tekstboek pág 14

werkboek pág 16

19A (1.10)

19B (0.52)

BLZ. 73 TB

19C (1.16)

BLZ. 73 TB

18 A + B - Juntos

18A+18B (1.16)

Klaar?

ej 19 e pág 20

ej 15 pág 17

ej 18 c pág 18

Mi color favorito es el......

In je WB 

ej 19 e pág 20

ej 15 pág 17

ej 18 c pág 18

klaar?

Neem door de woordjes

Evaluatie les, Schrijf dit puntsgewijs op, zelfde manier als hoe de vraag staat.

1. Noem één ding dat je makkelijk vond in deze les
2. Noem één ding dat je moeilijk vond.
3. Noem één ding dat je leuk/ interessant vond
4. Welk woord heb je geleerd?