2K. Oefentoets ch1. Part 1

1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Kader
Gebruik deze LessonUp om te leren voor de toets

Vocabulary - Theme words, A Watching + C Reading
Leer Nederlands-Engels. Theme words ook Engels-Nederlands

Grammar - Past simple
Regelmatig en onregelmatig (lijst op blz 209-211)

Slide 2 - Diapositive

airport
toothpaste
sunscreen
to go backpacking
thunder
luggage
raincoat
beach towel

Slide 3 - Question de remorquage

Which person looks bored?
A
B
C
D

Slide 4 - Quiz

Which picture shows an embrace?
A
B
C
D

Slide 5 - Quiz

We stayed at a .... (camping) this summer
A
camping
B
campsite
C
cabin
D
tent place

Slide 6 - Quiz

Which picture shows 'to pour'?
A
B
C
D

Slide 7 - Quiz

Welk woord betekent: klein?
A
wide
B
big
C
cute
D
tiny

Slide 8 - Quiz

Which picture shows a loop-de-loop?
A
B
C
D

Slide 9 - Quiz

We now have two .... (beveiling) men walking around school
A
insecure
B
secure
C
security
D
safety

Slide 10 - Quiz

Which picture shows to paint?
A
B
C
D

Slide 11 - Quiz

horrific
threat
plane
frame
sail
heat
vehicle
sweat

Slide 12 - Question de remorquage

Vertaal naar het Engels
koptelefoon

Slide 13 - Question ouverte

Vertaal naar het Engels
rugzak (AmE)

Slide 14 - Question ouverte

Vertaal naar het Engels
anders

Slide 15 - Question ouverte

Vertaal naar het Engels
willekeurig

Slide 16 - Question ouverte

Vertaal naar het Engels
tas

Slide 17 - Question ouverte

Vertaal naar het Engels
meerdere

Slide 18 - Question ouverte

Vertaal naar het Engels
zonnebril

Slide 19 - Question ouverte

Past simple
Regular verbs

Irregular verbs

Slide 20 - Diapositive

Past Simple
Past simple!

Slide 21 - Diapositive

Past Simple
Gebruik je: als iets in het verleden is gebeurd en afgelopen / als iets op een specifiek moment in het verleden was

Herkenningswoorden: 
vaak een duidelijke tijdsbepaling in het verleden
yesterday, ...ago, last ..., in ..., 

Slide 22 - Diapositive

Past Simple: regelmatig
I / you / we / they
+
onderwerp ww+ed
-
onderwerp didn't ww
?
Did onderwerp ww

vb: 
I walked, He didn't walk, Did they walk

Slide 23 - Diapositive

 + ed
 + d
 - y 
+ ied
 double consonant 
+ ed
chat
phone
hurry
play
hop
live
brush
carry
help

Slide 24 - Question de remorquage

+ ed
played
brushed
helped

+d
phoned
lived
- y +ied
hurried
carried


double consonant +ed
chatted
hopped

Slide 25 - Diapositive

Past Simple: onregelmatig
I / you / we / they
+
onderwerp 2e rijtje uit de lijst
-
onderwerp didn't ww
?
Did onderwerp ww

vb: 
I went, He didn't go, Did they go

Slide 26 - Diapositive

Past Simple: To Be
+
I was
You were
He was
-
I was not
We were not
She was not
?
Was I
Were they
Was it?

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

 regular verbs
 irregular verbs
swim
walk
drive
cook
bake
have

Slide 29 - Question de remorquage

 regular verbs

irregular verbs
throw
want
do
cook
give
teach
let
hatch
note
slice

Slide 30 - Question de remorquage

Je gebruikt de Past Simple als...
A
iets gebeurd is in de toekomst
B
iets iedere dag gebeurt
C
iets gebeurd is in het verleden en afgerond is
D
iets nog niet gebeurd is

Slide 31 - Quiz


Wat is de Past Simple van go
A
gone
B
went
C
goed
D
goes

Slide 32 - Quiz


Wat is de Past Simple van tell
A
told
B
tolded
C
telled
D
tolt

Slide 33 - Quiz


Wat is de Past Simple van think
A
tought
B
taught
C
thought
D
thinked

Slide 34 - Quiz


Wat is de Past Simple van see
A
saw
B
seen
C
see
D
seed

Slide 35 - Quiz

My sister .......... (play) the guitar last year.

Slide 36 - Question ouverte

They ....... (go) home after school yesterday.

Slide 37 - Question ouverte


Wat is de Past Simple van work
A
works
B
worked
C
working
D
work

Slide 38 - Quiz


Wat is de Past Simple van help
A
helping
B
helped
C
helps
D
help'd

Slide 39 - Quiz


Wat is de Past Simple van study
A
studyd
B
studyied
C
studyed
D
studied

Slide 40 - Quiz


Wat is de Past Simple van buy
A
buyed
B
bought
C
boughd
D
bught

Slide 41 - Quiz


I ..... a sandwich yesterday.
A
eat
B
drink
C
drank
D
ate

Slide 42 - Quiz


We ..... on holiday 2 years ago.
A
go
B
went
C
been
D
walked

Slide 43 - Quiz

How did you do on this practise test?
Woordjes gingen goed. Grammatica minder
Grammatica ging goed. Woordjes minder
Woordjes en grammatica gingen goed!
Woordjes en grammatica gingen slecht

Slide 44 - Sondage