8,3 oefenen met zuur basen

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Als je bij rodekoolsap wat zuur druppelt wordt het rodekoolsap

1. Rood
2. Paars
3. Groen

Wat is de pH van zure regen?

1. kleiner dan 7
2. gelijk aan 7
3. groter dan 7
4. geen

tomatensap, pH = 5,0
tomatensap is zuur

1. juist
2. onjuist

Welk deeltje zit altijd in een zuur?

1. H
2. H​+​​
3. HCl
4. OH​−​​

Aantonen van een zuur/base

• pH meter
• universeel indicator papier (pH papier)
• Rood en blauw lakmoes
• Indicatoren (Binas 36)

Omslagtraject

Elke indicator heeft een omslagtraject. 

Dat is het gebied waarin de indicator van kleur verandert.

De kleur is dan de mengkleur van de andere kleuren.

binas 36

Elyn zegt: "Ik maak geheime tekst met fenolftaleïen. Ik kan de tekst dan zichtbaar maken met een verdunde oplossing van gootsteenontstopper. En daarna kan ik met een andere stof alles meteen weer onzichtbaar maken!"
Gootsteenontstopper bestaat voornamelijk uit natronloog.

In welke kleur wordt de tekst zichtbaar?

1. blauw
2. geel
3. groen
4. paars

Elyn zegt: "Ik maak geheime tekst met fenolftaleïen. Ik kan de tekst dan zichtbaar maken met een verdunde oplossing van gootsteenontstopper. En daarna kan ik met een andere stof alles meteen weer onzichtbaar maken!"
Gootsteenontstopper bestaat voornamelijk uit natronloog.

Waarmee kan de tekst weer onzichtbaar worden gemaakt?

1. ammonia
2. kalkwater
3. azijn
4. soda-oplossing

Significantie

Significantie met vermenigvuldigen en delen

Bij vermenigvuldigen en delen is de significantie van het antwoord altijd gelijk aan de laagste significantie

bv. 30,0 * 2,0 = 60

Want 2,0 heeft 2 significante getallen en 30,0 heeft 3

Significantie

Hoeveel significante cijfers heeft: 0,0301

1. 2
2. 3
3. 4
4. 5

Hoeveel significante cijfers heeft: 2000

1. 2
2. 3
3. 4
4. 5

Hoeveel significante cijfers heeft: 25,031

1. 2
2. 3
3. 4
4. 5

Hoeveel significante cijfers heeft 6,0?

1. 1
2. 2
3. 0
4. 6

Hoeveel significante cijfers?
3,15

1. 2
2. 3
3. 315
4. 3,2

2,4 x 3,225

Waterstofchloridegas en ammoniakgas reageren in de
massaverhouding 3,6 : 1,7.
Maak bij de volgende berekeningen gebruik van deze massaverhouding.
Hoeveel gram ammoniak is nodig om met 7,2 g waterstofchloride volledig te reageren?

Natrium en chloride reageren met elkaar tot natriumchloride. De massaverhouding is 1:4
Je wil met 14,3 gram chloride werken. Hoeveel gram natrium heb je nodig?

oefenen

opdracht 35, 36, 37 blz 57