Interventies formuleren
1 / 18
La durée de la leçon est: 120 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is een verpleegkundige interventie?
Slide 2 - Carte mentale
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 3 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 4 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 5 - Diapositive
Wie
Benoem in je formulering wie de activiteit uitvoert, jij als verpleegkundige of een andere zorgverlener, de zorgvrager of een naast-betrokkene.
Wat
Beschrijf wat er moet gebeuren. Benoem hoe je bij de eerste keer de uitleg geeft en verwijs eventueel naar een protocol.
Waar
Benoem waar de interventie plaatsvindt. Dit kan zowel een plaats op het lichaam zijn (onderbuik) als de locatie waar de activiteit wordt uitgevoerd (badkamer).
Waarmee
Beschrijf welke hulpmiddelen of verpleegkundige materialen nodig zijn om de interventie uit te voeren.
Wanneer
Benoem op welk moment de interventie wordt uitgevoerd. Geef hierbij ook aan hoe vaak de activiteit moet worden herhaald, zoals driemaal daags bloeddruk meten.
Slide 6 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Waarom versterken van zelfredzaamheid en eigen regie?
Slide 7 - Carte mentale
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 8 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 9 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 10 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 11 - Diapositive
In deze slide staan de stappen van EBP nog iets duidelijker uitgewerkt dan bij de boom hierboven.
EBP berust op
A
wetenschappelijk bewijs
B
waarde patiënt
C
ervaring verpleegkundige
D
alle antwoorden zijn goed
Slide 12 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Welke Canmedsrol hoort niet in het rijtje thuis?
A
Gezondheidsbevorderaar
B
Communicator
C
Reflectieve EBP professional
D
Beroepsrol
Slide 13 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Bij mw. van Dijk heeft de ervaring geleerd dat zij het beste eet wanneer zij naast mw. Jansen zit. Is dit EBP?
A
Ja
B
Nee
Slide 14 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Mw. Jansen krijgt iedere dag eerst haar linker steunkous aan en dan haar rechter steunkous. Is dit EBP?
A
Ja
B
Nee
Slide 15 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
EBP staat voor:
A
evidence based praktijk
B
evidence bades practice
C
eerlijk beoordeleede praktijk
Slide 16 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
EBP handelen is nodig om
A
de beste zorg te geven
B
HBO verpleegkundige te worden
C
je te kunnen indekken
D
kritisch naar de zorg te blijven kijken
Slide 17 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 18 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
