to be

to be
werkwoord 'zijn'
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 1-3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

to be
werkwoord 'zijn'

Slide 1 - Diapositive

to be
      In deze lessonup krijg je uitleg over het werkwoord to be.
be betekent zijn in het Nederlands.

Het werkwoord be heeft verschillende vormen, 
net als in het Nederlands.

Slide 2 - Diapositive

to be
I am
ik ben
you are
jij / u bent
he / she / it is
hij / zij / het is
we are
wij zijn
you are
jullie zijn
they are
zij zijn

Slide 3 - Diapositive

to be
Niet in alle Engelse zinnen staat I, you, he, enz. maar staat
er de naam van een persoon of my father/mother/brother.

Als het gaat over 1 persoon dan moet je is gebruiken.
Gaat het over meerdere personen dan moet je are gebruiken.

Slide 4 - Diapositive

to be
Als het gaat over 1 persoon, dier of ding dan moet je is gebruiken.

vb. Bob Ross is a painter.                                      Bob is één persoon!

Gaat het over meerdere personen dan moet je are gebruiken.

Bassie and Adriaan are best friends!                               
Bassie & Adriaan
zijn met z'n tweeën

Slide 5 - Diapositive

to be
We gaan oefenen met het werkwoord to be. 
Je krijgt zinnen waar je am, is of are moet invullen.

Slide 6 - Diapositive

she ...
A
am
B
is
C
are

Slide 7 - Quiz

I ...
A
am
B
is
C
are

Slide 8 - Quiz

they ...
A
am
B
is
C
are

Slide 9 - Quiz

you ...
A
am
B
is
C
are

Slide 10 - Quiz

he ...
A
am
B
is
C
are

Slide 11 - Quiz

we ...
A
am
B
is
C
are

Slide 12 - Quiz

it ...
A
am
B
is
C
are

Slide 13 - Quiz

You ... my sister.
A
am
B
is
C
are

Slide 14 - Quiz

John ... my father
A
am
B
is
C
are

Slide 15 - Quiz

A horse ... an animal.
A
am
B
is
C
are

Slide 16 - Quiz

That bike ... from my father
A
am
B
is
C
are

Slide 17 - Quiz

Scott and I ... into football.
A
am
B
is
C
are

Slide 18 - Quiz

I ... at school.
A
am
B
is
C
are

Slide 19 - Quiz

A cow ... black and white.
A
am
B
is
C
are

Slide 20 - Quiz

You ... good at this.
A
am
B
is
C
are

Slide 21 - Quiz

My neighbours ... very friendly.
A
am
B
is
C
are

Slide 22 - Quiz

Heinz ... from Germany.
A
am
B
is
C
are

Slide 23 - Quiz

Jack and John ... never at home.
A
am
B
is
C
are

Slide 24 - Quiz

Grass ... green.
A
am
B
is
C
are

Slide 25 - Quiz

Penguins ... black and white.
A
am
B
is
C
are

Slide 26 - Quiz

Ik kan de vormen van to be toepassen
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Sondage