Quiz ter voorbereiding op so deel b

Voorbereiding so deel b
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Voorbereiding so deel b

Slide 1 - Diapositive

Je gaat een activiteit organiseren. Het uitwerken van je idee doe je volgens een plan. Er zijn 4 stappen die je neemt tijdens het uitwerken van je plan. Wat is de juiste volgorde?

1. uitvoeren
2. terugkijken
3. nazorg
4. voorbereiden
A
1,2,3,4
B
3,2,1,4
C
2,3,4,1
D
4, 1, 3, 2

Slide 2 - Quiz

Een soa kun je krijgen door onveilig te vrijen.
Je kunt bijvoorbeeld een soa oplopen door te vrijen zonder.......

Wat hoort er op de puntjes?
A
de pil
B
een condoom
C
pessarium

Slide 3 - Quiz

Bij geslachtsgemeenschap kun je infecties oplopen door......

wat moet er op de puntjes staan?
A
bloed
B
speeksel
C
zweet

Slide 4 - Quiz

Met wat voor problemen kun je terecht bij Stichting Anorexia en Boulimia Nervosa?
A
problemen met je zenuwen
B
problemen met je eetgedrag
C
problemen met je immuunsysteem
D
problemen met je partner

Slide 5 - Quiz

met welke problemen kun je bij het Riagg terecht?
A
Lichamelijke problemen
B
opvoedingsproblemen
C
psychische problemen
D
relatieproblemen

Slide 6 - Quiz

Vrijwilligers doen soms hetzelfde werk als beroepskrachten.

Wat is het verschil?
A
vrijwilligers krijgen minder salaris
B
vrijwilligers hoeven zich niet af te melden
C
vrijwilligers doen onbetaald werk
D
vrijwilligers werken niet professioneel

Slide 7 - Quiz

Wat zijn voorbeelden van vrijwilligers werk? Meerder antwoorden zijn juist.
A
leesmoeder op een basisschool
B
bloemen verzorgen in het ziekenhuis
C
overwerk doen voor je baas
D
werken voor een uitzendbureau

Slide 8 - Quiz

Iemand die werkloos is en een uitkering krijg, moet toestemming vragen om vrijwilligerswerk te doen. Aan wie moet hij dit vragen?
A
de gemeente
B
vrijwilligersorganisatie
C
uitkeringsinstantie
D
werkgever

Slide 9 - Quiz

Waar kun je terecht voor voorlichting over seks? Meerdere antwoorden juist.
A
kindertelefoon
B
NVSH Nederlandse Vereniging voor Seksuele Hervorming
C
Rutger WPF
D
GGD

Slide 10 - Quiz

Wanneer zijn meisjes geslachtsrijp?
A
als ze 12 zijn
B
als ze tiener worden
C
als ze menstrueren
D
als de borsten beginnen te groeien

Slide 11 - Quiz

Jongens worden over het algemeen........geslachtsrijp dan meisjes. Wat hoort er op de puntjes te staan?
A
iets eerder
B
op dezelfde leeftijd
C
later

Slide 12 - Quiz

Als een jongen geslachtsrijp is kan hij......
Wat hoort er op de puntjes
A
alcohol drinken
B
autorijles nemen
C
een meisje zwanger maken

Slide 13 - Quiz

Wat wordt bedoeld met testosteron?
A
een aandoening
B
een hormoon
C
een medicijn
D
een voorbehoedsmiddel

Slide 14 - Quiz

Waar zorgt testosteron voor in puberteit?
A
ontstaan van een menstruatiecyclus
B
ontwikkelen van vrouwelijke eigenschappen, zoals borstgroei
C
het ontwikkelen van mannelijke eigenschappen zoals haargroei
D
ontwikkelen van een volwassen motoriek

Slide 15 - Quiz

Je hebt een kamer optisch schoon gemaakt.

Wat heb je gedaan?
A
de kamer met ontsmettingsmiddel gereinigd
B
losliggend vuil weggehaald in de kamer
C
de kamer hygienisch schoongemaakt
D
de kamer gedesinfecteerd

Slide 16 - Quiz

Er is sprake van (vr)eetbuien, waarbij heel snel zeer grote hoeveelheden worden gegeten.

Hoe wordt dit genoemd
A
Anorexia nervosa
B
Binge eating disorder
C
boulimia nervosa
D
orthorexia nervosa

Slide 17 - Quiz

De patient is 24 uur per dag bezig met verantwoord en gezond voedsel en weigert om ' ongezond' te eten.

Hoe wordt dit genoemd?
A
Anorexia nervosa
B
Binge eating disorder
C
boulima nervosa
D
Orthorexia nervosa

Slide 18 - Quiz

Autisme is dit een stoornis of een ziekte
A
ziekte
B
stoornis

Slide 19 - Quiz

Dyscalculie is dit een stoornis of een ziekte
A
stoornis
B
ziekte

Slide 20 - Quiz

Mazelen is dit een ziekte of stoornis
A
ziekte
B
stoornis

Slide 21 - Quiz

De ontwikkeling van het verstand: weten en kennen welke ontwikkeling is dit?
A
Lichamelijke ontwikkeling
B
cognitieve ontwikkeling
C
emotionele ontwikkeling
D
motorische ontwikkeling

Slide 22 - Quiz

De ontwikkeling die te maken heeft met de beweging van het lichaam is welke ontwikkeling?
A
Lichamelijke ontwikkeling
B
cognitieve ontwikkeling
C
emotionele ontwikkeling
D
motorische ontwikkeling

Slide 23 - Quiz

Het leren omgaan met emoties, met gevoelens hoort bij welke ontwikkeling?
A
Lichamelijke ontwikkeling
B
cognitieve ontwikkeling
C
motorische ontwikkeling
D
emotionele ontwikkeling

Slide 24 - Quiz

Bij welke ontwikkeling zie je vooral aan de groei en lengte en gewicht?
A
motorische ontwikkeling
B
lichamelijke ontwikkeling
C
emotionele ontwikkeling
D
cognitieve ontwikkeling

Slide 25 - Quiz

Rond de 5 jaar gaat het spel over in samenwerken met een doel, zoals regels en afspraken maken bij een spel. Hoe noem je dit?
A
Coöperatief
B
Constructief
C
parallel
D
toekijkend

Slide 26 - Quiz

Succes met leren!

Slide 27 - Diapositive