1-2-21 spelling 6.1.1

trottoir woord
1 / 18
suivant
Slide 1: Carte mentale
SpellingBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

trottoir woord

Slide 1 - Carte mentale

Lesdoel
Aan het eind van  de les kan je trottoir woorden herkennen. 

Slide 2 - Diapositive

Dictee

Slide 3 - Question ouverte

Dictee

Slide 4 - Question ouverte

Dictee

Slide 5 - Question ouverte

Dictee

Slide 6 - Question ouverte

Dictee

Slide 7 - Question ouverte

Dictee

Slide 8 - Question ouverte

Nakijken
  • het trottoir
  • het labyrint
  • experimenteel
  • Zij hebben het onderhoud verzorgd. 
  • Hij heeft deze prachtige mozaïeken vloer ontworpen, nadat het gebouw gerestaureerd was. 
  • Het architectenbureau heeft een speciale techniek gebruikt. 
timer
1:30

Slide 9 - Diapositive

Zij hebben het onderhoud verzorgd.
verzorgd =
A
voltooid deelwoord
B
voegwoord
C
hulpwerkwoord
D
zelfstandig naamwoord

Slide 10 - Quiz

Hij heeft deze prachtige mozaïeken vloer ontworpen, nadat het gebouw gerestaureerd was.
Noem de hulpwerkwoorden.

Slide 11 - Question ouverte

Het architectenbureau heeft een speciale techniek gebruikt.
Noem het hulpwerkwoord.

Slide 12 - Question ouverte

Het architectenbureau heeft een speciale techniek gebruikt.
gebruikt =

Slide 13 - Question ouverte

Hij heeft de memoires van de filmster gelezen.
Wat is het trottoir woord?

Slide 14 - Question ouverte

Op het dressoir heb ik twee prachtige vazen gezet.
Wat is het trottoir woord?

Slide 15 - Question ouverte

De olie wordt opgeslagen in het grote reservoir.
Wat is het trottoir woord?

Slide 16 - Question ouverte

Struikel niet over de losliggende trottoirtegels.
Wat is het trottoir woord?

Slide 17 - Question ouverte

Aan de slag
Maak blz 20 en oefen je spelling software

Slide 18 - Diapositive