6.2 Voedselrelaties

1 / 49
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

Cette leçon contient 49 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Aan het einde van de les kun je:

  • vertellen wat een voedselketen is
  • vertellen wat een voedselweb is
  • je kunt een kringloop van stoffen maken

Slide 2 - Diapositive

Voedselrelaties

Slide 3 - Diapositive

Eerst een filmpje

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo





Voedselketen = elke soort is voedsel voor een andere soort

Slide 6 - Diapositive

Let op: een voedselketen of voedselweb begint altijd met een plant!

Slide 7 - Diapositive

In een voedselketen noemen we planten de producenten

planten
produceren voedsel voor mens en dier

Slide 8 - Diapositive

Producenten
  • Planten maken voedsel aan door fotosynthese.  Dit voedsel wordt gebruikt door mensen en dieren.
  • Bladgroenkorrels spelen een belangrijke rol.
  • water + koolstofdioxide --> glucose + zuurstof
  • Glucose bevat veel energie.

Dus een wortel bevat voedsel, gemaakt door de plant. 

Slide 9 - Diapositive

Nodig voor fotosynthese
Ontstaat bij fotosynthese
Water
Licht
Zuurstof
Glucose
Koolstof-dioxide

Slide 10 - Question de remorquage

Fotosynthese
Zonlicht
Koolstofdioxide
Glucose
Zuurstof
Water

Slide 11 - Question de remorquage

Voedselketen
  • Pijltje = Wordt gegeten door
  • dus: alg wordt gegeten door watervlo
  • watervlo wordt gegeten door baars
  • baars wordt gegeten door reiger

Slide 12 - Diapositive

Voedselketen
  • Als een organisme wordt opgegeten, komt het terecht in een ander organisme.
  • Ecosysteem: elke stof doorloopt een kringloop.
  • Planteneters - herbivoren.
  • Vleeseters - carnivoren.
  • Voedselketen: reeks soorten waarbij elke soort voedsel is voor de volgende.  Elk item is een schakel.
  • De eerste schakel is altijd een plantensoort.

Slide 13 - Diapositive

Consumenten
  • Dieren eten / consumeren de energierijke stoffen die planten maken.\
  • Het dier dat de plant eet = planteneter (herbivoren)
  • Dieren die andere dieren eten zijn vleeseters (carnivoren)

Slide 14 - Diapositive

Schakels
Een voedselketen bestaat uit schakels
plant = eerste schakel = producent
planteneter = 2e schakel, noemen we consument v/d 1e orde
vleeseter = 3e schakel, noemen we consument v/d 2e orde
volgende = consument 3e orde etc etc

gras             -->               konijn               -->                 vos
producent       consument 1e orde               consument 2e orde

Slide 15 - Diapositive

Nog een voorbeeld
Eik        -->      rups       -->       koolmees      -->       havik
producent     consument 1e orde     consument 2e orde      consument 3e orde

Slide 16 - Diapositive

consumenten 1ste orde= planteneters

Slide 17 - Diapositive

Consumenten 2e orde= vleeseters

Slide 18 - Diapositive

Afvaleters= eten dode resten van planten en dieren

Slide 19 - Diapositive

Afvaleters
  • Niet alle organismen worden gegeten.
  • Dode resten van planten en dieren worden gegeten door afvaleters.
  • Afvaleters horen niet bij een voedselweb, want de schakels van een
    voedselketen bestaan alleen uit levende organismen.

Slide 20 - Diapositive

Afvaleters

Slide 21 - Diapositive

Reducenten = bacterien
en     schimmels

Slide 22 - Diapositive

Reducenten
  • Resten die afvaleters achterlaten, worden afgebroken door bacteriën en schimmels --> reduceren.
  • Planten nemen deze stoffen op --> kringloop is rond.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo

Voedselweb
  • Een soort kan ook door veel andere soorten gegeten worden.  Hierdoor ontstaat een web.
  • Dieren die zowel planten als dieren eten --> omnivoren.

Slide 26 - Diapositive

Voedselweb= meerdere voedselketens door elkaar

Slide 27 - Diapositive

Wie eet wie ?

Slide 28 - Diapositive

Welke organismen zien je ?

Slide 29 - Question ouverte

Sleep de afbeeldingen naar de juiste plaats

Slide 30 - Question de remorquage

Slide 31 - Diapositive

Adder
A
Herbivoor
B
Carnivoor

Slide 32 - Quiz

Buizerd
A
Herbivoor
B
Carnivoor

Slide 33 - Quiz

Spitsmuis
A
Herbivoor
B
Carnivoor

Slide 34 - Quiz

Sprinkhaan
A
Herbivoor
B
Carnivoor

Slide 35 - Quiz

Alle dieren uit de
afbeelding zijn
A
Consumenten
B
Producenten

Slide 36 - Quiz

De spitsmuis is een
consument...
A
van de eerste orde
B
van de tweede orde
C
van de derde orde

Slide 37 - Quiz

Welke rol heeft deze
vliegenzwam
A
producent
B
consument
C
afvaleter
D
reducent

Slide 38 - Quiz

Leerdoelen check
  1. Je kunt een voedselketen en een voedselweb maken.
  2. Je weet wat een producent is
  3. Je weet wat consumenten zijn en weet ook wat de 1e orde en 2e orde betekent.
  4. Je weet wat afvaleters en reducenten zijn

Slide 39 - Diapositive

Waar begint een voedselweb of keten mee?
A
vleeseters
B
planteneters
C
planten

Slide 40 - Quiz

Hoe noemen we bacteriën en schimmels?
A
consumenten
B
reducenten
C
allesetters
D
producenten

Slide 41 - Quiz

Van welke orde zijn vleeseters?
A
consumenten 1ste orde
B
consumenten 2e orde

Slide 42 - Quiz

Waar horen pissebedden bij?
A
producenten
B
consumenten 2e orde
C
afvaleters
D
reducenten

Slide 43 - Quiz

Op welk plaatje zie je een voedselketen?
A
B
C

Slide 44 - Quiz

Welke voedselketen is goed genoteerd?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 45 - Quiz

In een voedselketen zijn planten producenten.
A
waar
B
niet waar

Slide 46 - Quiz

Hoeveel schakels heeft deze voedselketen?
A
4
B
5
C
9
D
3

Slide 47 - Quiz

een konijn eet gras, dit konijn is een ...
A
producent
B
consument van de eerste orde
C
consument van de tweede orde

Slide 48 - Quiz

Een voedselketen:
Paardebloem-> sprinkhaan->kikker
De kikker is een:
A
procucent
B
consument van de 1e orde
C
consument van de 2e orde
D
reducent

Slide 49 - Quiz