Tl3 NN Hoofdstuk 3

Welk signaal woord hoort hier niet bij?
A
daarnaast
B
ook
C
zo
D
verder
1 / 15
suivant
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welk signaal woord hoort hier niet bij?
A
daarnaast
B
ook
C
zo
D
verder

Slide 1 - Quiz

Bij welk verband horen de drie
eerder genoemde signaalwoorden?
A
tegenstelling
B
tijdvolgorde
C
voorbeeld
D
opsomming

Slide 2 - Quiz

Noem de signaalwoorden die horen bij tegenstellend verband.

Slide 3 - Question ouverte

Welke uitspraak is onjuist?
A
De hoofdgedachte gaat over de hele tekst.
B
Het onderwerp gaat over de hele tekst.
C
Kernzin is de hoofdzaak van een alinea.
D
Hoofdzaak is het belangrijkste van een tekst.

Slide 4 - Quiz

Welk werkwoord is fout gespeld?
De leerkracht bevestigt dat het antwoord verandert als je de waarheid verdraaidt.
A
bevestigt
B
antwoord
C
verandert
D
verdraaidt.

Slide 5 - Quiz

Let op de werkwoorden. Welke zin is correct.


A
Als Carin het bestelde jurkje nu betaald, dan wordt het vandaag nog verstuurd.
B
Als Carin het bestelde jurkje nu betaalt, dan word het vandaag nog verstuurd.
C
Als Carin het bestelde jurkje nu betaalt, dan wordt het vandaag nog verstuurt.
D
Als Carin het bestelde jurkje nu betaalt, dan wordt het vandaag nog verstuurd.

Slide 6 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
tutoyeren
B
colegiaal
C
portefuille
D
tollerantie

Slide 7 - Quiz

Welk woord is goed?
A
knorrepot
B
spinneweb
C
hogenschool
D
groentensoep

Slide 8 - Quiz

Welk woord is goed?
A
koninginnesoep
B
rijstenvla
C
scheepschroef
D
stationschef

Slide 9 - Quiz

Welke zin is NIET samengesteld?
A
De gedode dieren zijn ontsnapt uit de beveiligde omgeving.
B
Zij krijgt een bril, want ze ziet niet goed.
C
Ik wil best komen als hij aardig doet.

Slide 10 - Quiz

al
betrokken zijn
opbrengen
rellen
heel weinig
ongeregeldheden
mondjesmaat
reeds
ermee te maken hebben
opleveren

Slide 11 - Question de remorquage

Welke uitdrukking hoort hierbij:

Na het ongeluk blijft Mirian bokslessen volgen, ze.......

Slide 12 - Diapositive

Kies de juiste uitdrukking.
A
ze laat zich niet tot moes slaan.
B
ze laat zich niet uit het veld slaan
C
ze bokst erop los
D
ze slaat zich erdoorheen.

Slide 13 - Quiz

Geef het spreekwoord dat hierbij past:

je moet goed kijken wil je de kat vinden

Slide 14 - Diapositive

Kies het juiste spreekwoord.
A
uit je doppen kijken
B
je ogen uit je zak halen
C
je ogen goed de kost geven
D
je ogen goed open houden

Slide 15 - Quiz