3.1 Leven in de Sovjet-Unie

Het Interbellum 
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Het Interbellum 

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel
- Hoe was het leven in de Sovjet-Unie in het interbellum?
- Wat is het interbellum? 
- Beschrijf kenmerken van de swingende jaren '20
- Beschrijf 4 belangrijke actoren van Rusland 
- Leg het verschil uit tussen Bolsjewieken en mensjewieken 

Slide 2 - Diapositive

Het Interbellum: Roaring Twenties
Een hele bijzondere periode:
  1. WOI was voorbij
  2. Veel nieuwe mogelijkheden
  3. Nieuwe welvaart
  4. Nieuwe technologie
  5. Nieuwe machtsverhoudingen
→ een heel nieuw begin voor veel mensen.


Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Duitsland
Italië
Rusland (Sovjet-Unie)
Waren landen waar het erg onrustig was na de WOI. In het Interbellum ligt de aandacht dan ook bij deze landen om te beginnen met Rusland oftewel de Sovjet-Unie.

  • Duitsland
  • Rusland (Sovjet-Unie)
  • Italië

Waren landen waar het erg onrustig was na de WOI. In het Interbellum ligt de aandacht dan ook bij deze landen:
om te beginnen met Rusland oftewel de Sovjet-Unie.
 

Slide 5 - Diapositive

3.1 Leven in de Sovjet-Unie

Slide 6 - Diapositive

Opschrijven:

Rusland tot 1917
  • Tsaar had alle macht
  • Groot verschil tussen arm en rijk in Rusland.
  • Bevolking was arm en leefden ‘nog ver terug in de tijd’.

Hoe verliep de WOI voor Rusland?
Tsaar verloor al zijn geloofwaardigheid

Slide 7 - Diapositive

Verloop
1917: Russische Revolutie

Februarirevolutie
  • Het Russische volk heeft honger en is oorlogsmoe.
  • Vrouwen in Sint-Petersburg komen in opstand.
  • Het leger sluit zich aan bij de opstandelingen.
  • De Russische Tsaar moet aftreden. Er komt een democratische voorlopige Regering.

Oktoberrevolutie
  • Lenin keert terug uit balingschap naar Rusland, met de hulp van Duitsland.
  • Lenin en zijn communisten plegen een staatsgreep in oktober 1917.
  • Lenin sluit vrede met Duitsland.




Slide 8 - Diapositive

Burgeroorlog
Niet iedereen in Rusland was het hiermee eens en er ontstond burgeroorlog.  Rood (de communisten)  Wit 
→ Vijanden werden door de geheime politie van de communisten opgesloten.
Rood wint uiteindelijk en maakt van Rusland de Sovjet-Unie in 1922

Slide 9 - Diapositive

Na de burgeroorlog bleef de geheime politie actief. Alle tegenstanders van het communisme werden vervolgd. Was je het niet eens? Ging je naar een strafkamp/ Goulag. Vaak lagen deze op afgelegen plekken waar je kon ontsnappen, maar het geen zin had.
Iedereen moest meedoen met het communisme en de Sovjet Unie werd een totalitaire samenleving.

Slide 10 - Diapositive

Wat is communisme? (1)
  • Arbeiders aan de macht

  • Alle rijkdommen (ook de fabrieken en de machines) naar de arbeiders

  • Omdat 'rijken' en fabrikanten dit niet zomaar zullen laten gebeuren zal er een revolutie van arbeiders komen, mét geweld.

Slide 11 - Diapositive

Wat is communisme? (2)
  • Einde aan de klassenmaatschappij (indeling van de maatschappij naar economische positie)

  • Mensen hebben evenveel bezit.

  • Tegen kapitalisme (ergens geld in stoppen met als doel meer geld te verdienen: winst maken). 


Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Lenin: 1917 - 1924
Stalin: 1928 - 1953

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Wie was in Rusland de leider van de communisten tijdens de Russische Revolutie?
A
Chroesjtsjov
B
Gorbatsjov
C
Lenin
D
Stalin

Slide 16 - Quiz

Welke twee dingen wilden de communisten in Rusland veranderen?
A
Democratie invoeren/tsaar afzetten
B
stoppen met de WOI en gelijke rechten voor vrouwen
C
iedereen is gelijk/geen privébezit meer

Slide 17 - Quiz

Sleepvraag:  Sleep het antwoord dat bij de vraag hoort naar het grijze vakje. Er blijven twee kaartjes over.
Vraag 1: Begin van de Russische revolutie is in het jaar:
Vraag 2: Welke woorden (2) passen bij de 
omstandigheden van de boeren in Rusland? 
Vraag 3: Juist of onjuist. Rusland was een modern land. 
Vraag 4: Juist of onjuist. Lenin werd de leider van de
Bolsjewieken. (Dit is een groep communsten)
Vraag 5: Vul in op de puntjes. Het .... leger was heel 
zwak. Er vielen daarom veel doden.
Vraag 6: Weet je dit nog? Einde van de Eerste 
Wereldoorlog is in het jaar: 
Overige twee:
Rijk
1917
Slecht
Arm
Onjuist
Juist
1918
Russische
Duitse

Slide 18 - Question de remorquage

Aan de slag. 
3.1: 3,4,5 6,8,9,11,12, 13

Slide 19 - Diapositive

Een totalitaire staat


Stalin zorgt voor een sterke industrie.
De Sovjet-Unie laten groeit uit tot een wereldmacht.

Maar dit had een erg hoge prijs.
  • Het land werd een totalitaire staat met Stalin als dictator.
  • Tegenstanders uit de weg geruimd door terreur 

Slide 20 - Diapositive

Stalin gebruikte alles om zijn macht in het land te vergroten en te behouden, zoals censuur.
Stalin bepaalde wat er in de kranten én de geschiedenisboeken kwam te staan: vroegere medestanders werden 'er uit geschreven'

Slide 21 - Diapositive


Persoonsverheerlijking




Stalin liet zich graag afbeelden als een geweldige leider:
een vader voor het volk. Dit heet PERSOONSVERHEERLIJKING

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive


Showprocessen


Tegenstanders worden (meestal) vals beschuldigd
en worden in een oneerlijke rechtszaak tot zware straffen veroordeeld.

Bij dit soort showprocessen stond de uitkomst al vast 
voordat de rechtszaak was begonnen: schuldig!

Slide 24 - Diapositive




Showprocessen waren zeer effectief! 
De angst onder de bevolking was groot. 

Niet meer op de familiefoto met een 'verrader'! 

Slide 25 - Diapositive


De Grote Zuivering


Stalin zag overal tegenstanders.

Tussen 1934 en 1938 laat Stalin rond de 1 miljoen 
'tegenstanders' oppakken en veroordelen. De Sovjet-Unie wordt zo 'gezuiverd' van tegenstanders van de communistische heilstaat. 

Slide 26 - Diapositive


Goelag







  • Miljoenen 'tegenstanders' kwamen terecht in een goelag, een strafkamp.
  • Tussen 1936 en 1950 zijn vermoedelijk 12 miljoen mensen om het leven gekomen in de goelags.

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Vidéo


Verheerlijking van
arbeiders en boeren




De Sovjet-Unie is een land van arbeiders en boeren,
dit zijn de helden van het land!

Overigens leek dit in de communistische propaganda veel mooier dan de realiteit was...

Slide 30 - Diapositive


Verheerlijking van
arbeiders en boeren




De Sovjet-Unie is een land van arbeiders en boeren,
dit zijn de helden van het land!

Overigens leek dit in propaganda veel mooier dan de realiteit was...

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Collectivisatie van de landbouw


Door collectivisatie vaak hongersnoden, soms omdat de oogsten tegen vielen, vaak doordat boeren uit protest de oogst/ het vee vernietigden. 

Boeren die zich verzetten tegen de collectivisatie,  werden gezien als vijanden van het communisme. Miljoenen boeren zijn om die reden vermoord.

Slide 34 - Diapositive

Sleepvraag:  Sleep het antwoord dat bij de vraag hoort naar het grijze vakje. Er blijven twee kaartjes over.
Vraag 1: Begin van de Russische revolutie is in het jaar:
Vraag 2: Welke woorden (2) passen bij de 
omstandigheden van de boeren in Rusland? 
Vraag 3: Juist of onjuist. Rusland was een modern land. 
Vraag 4: Juist of onjuist. Lenin werd de leider van de
Bolsjewieken. (Dit is een groep communsten)
Vraag 5: Vul in op de puntjes. Het .... leger was heel 
zwak. Er vielen daarom veel doden.
Vraag 6: Weet je dit nog? Einde van de Eerste 
Wereldoorlog is in het jaar: 
Overige twee:
Rijk
1917
Slecht
Arm
Onjuist
Juist
1918
Russische
Duitse

Slide 35 - Question de remorquage

Leerdoel
- Hoe was het leven in de Sovjet-Unie in het interbellum?
- Wat is het interbellum? 
- Beschrijf kenmerken van de swingende jaren '20
- Beschrijf 4 belangrijke actoren van Rusland 
- Leg het verschil uit tussen Bolsjewieken en mensjewieken 

Slide 36 - Diapositive