ak 2.2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

lesson up gemaakt door sofie. v

heel veel succes met deze poep quiz.

hoe dag en nacht ontstaan:

• de aarde draait van west naar oost, dus de zon komt in het oosten op en gaat in het westen onder.

hoe seizoenen ontstaan:

de aardas staat 23,5 graad scheef.

de aarde draait in 1 jaar om de zon.

in onze zomer staat het noordelijke halfrond naar de zon toe.

in onze winter staat het zuidelijke halfrond naar de zon toe.

in de lente en herfst ontvangen het noordelijke en zuidelijke halfrond evenveel warmte.

het verschil tussen weer en klimaat:

• weer:  temperatuur, neerslag, wind en zonneschijn. op een bepaald moment en een bepaalde plaats.
• klimaat: het gemiddelde weer van een groot gebied gemeten over 30 jaar.

hoe de temperatuur verschillen ontstaan:

de breedteligging van een plaats bepaald hoeveel invloed de zon heeft.

de drie grote luchtstreken:

• tropische luchtstreek: het middelste gebied. in dit gebied heeft de zon zijn hoogste stand.
• gematigde luchtstreek: het gebied tussen de keerkringen en de poolcirkels. hier is het niet warm en niet koud.
• polaire luchtstreek: gebied binnen de poolcirkels. de zon staat hier het laagst en is het hier het koudst.

wat is de aardas?

1. een keerkring.
2. de noordpol
3. evenaar
4. een denkbeeldige lijn door de aardbol.

wat is de invalshoek?

1. een keerkring rond de aarde.
2. hoek tussen zonnestralen en aardoppervlak.
3. een lichtstraal in de ruimte.
4. de laag gassen om de aarde.

wat is de atmosfeer?

1. laag gassen om de aarden (de dampkring).
2. de CO2 uit de auto.
3. een gebergte hoog in lucht.
4. een regenboog voor allemaal gay mensen.

wat zijn de keerkringen?

1. de laag om de aarde.
2. slechte gassen voor de natuur.
3. breedtecirkel op 23,5 graad noorden en zuiden van evenaar.
4. kringen om de huizen van de warmte.

wat is de poolcirkel?

1. hier is het heel koud
2. breedtecirkel op 66,5 graad ten noorden en ten zuiden van de evenaar
3. een gebied in het midden van de aarde.
4. een cirkel in het midden van de aarde.

wat is de breedteligging?

1. afstand tot de evenaar, uitgedrukt in noorderbreedte of zuiderbreedte.
2. een schaal van 1 op 10
3. een keerkring in het midden van het land.
4. wind die van zee naar land waait.

dit moet je nu weten:

hoe ontstaan dag en nacht?

hoe ontstaan seizoenen?

hoe ontstaan de temperatuur verschillen op de aarde?

wat is het verschil tussen weer en klimaat?