Past simple (herhaling) en past continuous

Welcome back 4A
Past simple and 
past continuous
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welcome back 4A
Past simple and 
past continuous

Slide 1 - Diapositive

Homework check
Page: 68, 69, 70, 71
60, 61, 62, 63

Slide 2 - Diapositive

Today's planning:
Today:

- Grammar Recap (past simple)
- Explanation: 
past continuous 
past continuous and past simple in one sentence.


Slide 3 - Diapositive

Past Simple
The past simple

Slide 4 - Diapositive

Past Simple

- Wanneer gebruik je de Past Simple?

-  Hoe maak je de Past Simple?



Slide 5 - Diapositive

Past Simple:

Wat is de regel van de past simple?
A
hele ww+ - ed of irregular verb
B
shit = hele ww+-s
C
vorm van to be + hele ww+ -ing
D
have/has + voltooid deelwoord (3e rijtje)

Slide 6 - Quiz

Past Simple:

Wat zijn de signaalwoorden van de Past Simple?
A
Tomorrow, next week, in 2025,
B
Last month, yesterday, a month ago, in 2012
C
Today, now,
D
again, always, constantly

Slide 7 - Quiz

Past Simple:
in welke zin wordt de past simple gebruikt?
A
I have lived in Utrecht for 13 years.
B
I was living in Utrecht.
C
I lived in Utrecht in 2010
D
I am living in Utrecht.

Slide 8 - Quiz

Past Simple:
Welke zin gebruikt de Past Simple?
A
I always walk to school.
B
I am reading a book now.
C
I organised a party last week.
D
Will you come to my party tomorrow?

Slide 9 - Quiz

'Past continuous'
Past Continuous

Slide 10 - Diapositive

Past Continuous
- Wanneer gebruik je de Past continuous?
De Past continuous gebruik je om te zeggen dat iets in het verleden aan de
 gang was.

-  Hoe maak je de Past continuous?
De Past continuous bestaat uit was of were gevolgd door werkwoord + ing:
Billy was thinking about baseball.
We were talking to the president.


Slide 11 - Diapositive


Past Continuous
Wanneer gebruik je de Past Continuous?
A
Wanneer iets altijd, nooit of regelmatig gebeurt.
B
Wanneer iets een tijdje bezig of aan de gang was in het verleden.
C
Wanneer iets in het verleden is gebeurd.
D
Wanneer iets in het verleden is begonnen en nu nog bezig is.

Slide 12 - Quiz

Past continuous:

Wat is de regel van de past continuous?
A
hele ww+ - ed of irregular verb
B
was/were hele ww+ -ing
C
vorm van to be + hele ww+ -ing
D
have/has + voltooid deelwoord (3e rijtje)

Slide 13 - Quiz

Past Continuous:
in welke zin wordt de past continuous gebruikt?
A
I haven't been to that film yet.
B
I was walking down the street when I tripped.
C
I lived in Utrecht in 2010
D
I am eating a sandwich.

Slide 14 - Quiz

Past Continuous:
Welke zin staat in de Past continuous?
A
They were living in poverty.
B
They are living in poverty.
C
They lived in poverty.
D
They have been living in poverty.

Slide 15 - Quiz

VRAAG:
Wat is het verschil tussen de Past Simple en de Past Continuous??

Slide 16 - Diapositive

Past Simple vs. Past Continuous
Wanneer gebruik je Past Continuous?

  • Je gebruikt de Past Continuous om te zeggen dat iets in het verleden een tijdje duurde of een tijdje aan de gang was. 

  • Het verschil met de Past Simple is dus dat de Past Simple gaat om een moment, terwijl de Past Continuous gaat over een langere gebeurtenis


Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Exercises
Handout
Done?
Page: 24, 25, 26, 27, 28, 29
(except exercise B speaking)
timer
30:00

Slide 19 - Diapositive

Ik begrijp wat ik moet doen bij Past Continuous & Past Simple ?
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje

Slide 20 - Quiz