3hv-2-herhaling na de vakantie

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

4.1 De puberteit

Je kunt primaire en secundaire geslachtskenmerken noemen. 

Je kunt de lichamelijke, geestelijke en sociale veranderingen in de puberteit aangeven. 

Sleep de onderstaande secundaire geslachtskenmerken naar het juiste vak (zie boven).

secundaire geslachtskenmerken

jongen

secundaire geslachtskenmerken

beiden

secundaire geslachtskenmerken

meisje

borsten

groeispurt

baard in de keel

bredere heupen

okselhaar

gespierdere lichaamsbouw

actiever worden zweetklieren

gezichtsbeharing

volgroeien schaamlippen

4.3 De man

Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een man noemen met hun functies en kenmerken. 

Je kunt de kenmerken van zaadcellen en eicellen noemen.

In de afbeelding hiernaast staan de organen van het mannelijk voortplantingsstelsel. Er staan vijf organen aangegeven met een cijfer.

Sleep de onderstaande namen achter het juiste cijfer

teelbal

zwellichaam

prostaat

zaadblaasje

bijbal

- Anja zegt dat de temperatuur in de buikholte iets lager is dan in de zaadballen.
- Hans zegt dat de voorhuid de huidplooi is waarin zaadballen en bijballen liggen.

Wie heeft gelijk?

1. Alleen Anja het gelijk
2. Alleen Hans heeft gelijk
3. Anja en Hans hebben allebei gelijk
4. Anja en Hans hebben allebei geen gelijk

Sperma is …

1. … de hoeveelheid spermacellen per zaadlozing
2. … spermacellen met vocht en voedingsstoffen uit de zaadblaasjes en de prostaat
3. … een ander woord voor zaadlozing
4. … vocht en voedingsstoffen uit de zaadblaasjes en de prostaat

De man is in staat sperma te produceren …

1. … vanaf de geboorte tot op zeer hoge leeftijd
2. … vanaf de puberteit tot zijn 50ste
3. … vanaf de geboorte tot zijn 50ste
4. … vanaf de puberteit tot op zeer hoge leeftijd

Twee beweringen over het vervoer van urine en sperma bij een man zijn:

1. De zaadleiders van een man kunnen ook urine vervoeren.

2. De urinebuis van een man kan ook sperma vervoeren.

Welke van deze beweringen is of zijn juist?

1. alleen bewering 1 is juist
2. alleen bewering 2 is juist
3. beide beweringen zijn juist
4. beide beweringen zijn onjuist

Enkele organen van het mannelijke voortplantingsstelsel zijn:

1. Bijballen

2. Urinebuis

3. Teelballen

4. Zaadleiders

Door welke delen van het voortplantingsstelsel gaan de zaadcellen achtereenvolgens, vanaf de plaats waar ze gemaakt worden tot buiten het lichaam?

1. 1 – 2 – 3 – 4
2. 3 – 1 – 4 – 2
3. 3 – 4 – 1 – 2
4. 1 – 3 – 2 – 4

In welke delen van het voortplantingsstelsel van een man worden zaadcellen tijdelijk opgeslagen?

1. in de bijballen
2. in de teelballen
3. in de zaadblaasjes
4. in de zwellichamen

4.2 De vrouw / menstruatiecyclus

Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw noemen met hun functies en kenmerken. 

Je kunt beschrijven wat ovulatie en menstruatie is en je kunt aangeven wanneer deze processen in de menstruatiecyclus plaatsvinden. 

Je kunt beschrijven wat de rol is van de hormonen oestrogeen en progesteron bij de menstruatiecyclus en dit koppelen aan de dikte van het baarmoederslijmvlies. 

Je kunt aangeven wat het gele lichaam is en wanneer deze aan- en afwezig is. 

In de afbeelding hiernaast staan de organen van het mannelijk voortplantingsstelsel. Er staan acht organen aangegeven met een cijfer. Sleep de groene namen achter het juiste cijfer.

kleine schaamlip

vagina

clitoris

grote schaamlip

eileider

baarmoeder

urineblaas

eierstok

Een eicel die niet wordt bevrucht, lost op en verdwijnt.
Waar gebeurt dit?

1. In de baarmoeder
2. In een eierstok
3. In een eileider
4. In de vagina

Tijdens de menstruatie bij de vrouw wordt …

1. … de onbevruchte eicel uit eileider verwijderd
2. … telkens één eicel uit één van de eierstokken verwijderd
3. … de bevruchte eicel uit de baarmoeder verwijderd
4. … een deel van het baarmoederslijmvlies uit de baarmoeder verwijderd

Ovulatie is …

1. … het binnenkomen van een eicel in de baarmoeder
2. … de celdeling die aan de vorming van de eicel vooraf gaat
3. … de ontwikkeling van een onrijpe tot een rijpe eicel
4. … het vrijkomen van een rijpe eicel uit de eierstok

De bouw van het voortplantingsstelsel van kangoeroes wijkt af van de bouw van het voortplantingsstelsel van de mens, maar de functie is overeenkomstig. In de afbeelding hiernaast is het voortplantingsstelsel van een vrouwtjeskangoeroe schematisch getekend. Ook zijn de nieren en de urinewegen getekend.

Welk deel in de afbeelding is de baarmoeder? En welk deel de urineblaas?

1. deel R is de baarmoeder en deel Q de urineblaas
2. deel R is de baarmoeder en deel P de urineblaas
3. deel Q is de baarmoeder en deel R de urineblaas
4. deel Q is de baarmoeder en deel P de urineblaas

Twee beweringen over de organen van het vrouwelijk voortplantingsstelsel zijn:

1. De functie van de eileiders is het tijdelijk opslaan van de eicellen.

2. Bij de meeste vrouwen is de clitoris gevoeliger voor seksuele prikkels dan de vagina.

Welke van deze beweringen is of zijn juist?

1. alleen bewering 1 is juist
2. alleen bewering 2 is juist
3. beide beweringen zijn juist
4. beide beweringen zijn onjuist

Kan een bevruchte eicel in de eileider van een volwassen vrouw voorkomen? En een onbevruchte eicel?

1. beiden kunnen voorkomen in de eileider
2. alleen een bevruchte eicel kan voorkomen in de eileider, een onbevruchte eicel niet
3. alleen een onbevruchte eicel kan voorkomen in de eileider, een bevruchte eicel niet
4. beiden kunnen niet voorkomen in de eileider

Twee beweringen over de eicellen bij een vrouw zijn:

1. Onder invloed van hormonen uit de hypofyse vindt de rijping van de eicellen plaats in de eierstokken.

2. Alle onrijpe eicellen van een vrouw zijn al aanwezig bij de geboorte.

Welke van deze beweringen is of zijn juist?

1. alleen bewering 1 is juist
2. alleen bewering 2 is juist
3. beide beweringen zijn juist
4. beide beweringen zijn onjuist

Bij een gemiddelde vrouw duurt de menstruatiecyclus ongeveer vier weken. Deze cyclus wordt geregeld door hormonen.

Op de kalender in de afbeelding heeft een vrouw aangegeven (in het zwart) wanneer ze ongesteld was. Haar eerste menstruatiedag was op 15 oktober. Ze menstrueert erg regelmatig.

Wanneer heeft deze vrouw haar volgende menstruatie? 

1. rond 29 oktober
2. rond 5 november
3. rond 12 november
4. rond 15 november

Bij een gemiddelde vrouw duurt de menstruatiecyclus ongeveer vier weken. Deze cyclus wordt geregeld door hormonen.

Op de kalender in de afbeelding heeft een vrouw aangegeven (in het zwart) wanneer ze ongesteld was. Haar eerste menstruatiedag was op 15 oktober. Ze menstrueert erg regelmatig.

Wanneer heeft deze vrouw haar eerst volgende ovulatie? 

1. rond 22 oktober
2. rond 29 oktober
3. rond 5 november
4. rond 12 november