2022_week40_1mh_Aussprache

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Du hast 3 min für:

Je hebt 3 min om: 

• jas uit


• mobiel in je tas staat op stil
• laptop gesloten op tafel
• boek/schrift/pen op tafel

• Als de timer is gestopt zie ik iedereen in stilte bezig met opdracht 11 op blz. 19
  

Leesopdracht

• Lees de tekst Tag! Wie geht's? op blz. 19 en maak opdracht 11 (alleen lezen)
• Niet praten en geen vragen.
• Klaar: Schrijf de woordjes van Lektion 4 blz. 44

Was machen wir heute?

• Leseaufgabe
• Informationen SO
• Wörter abfragen
• Hausaufgaben kontrolieren
• Hören
• Abschluss/ Hausaufgaben

Lernziel

•  aan het einde van de les kan je het woord du, hören en Mädchen juist uitspreken, doordat we samen geluisterd en geoefend hebben.

Wörter Lektion 2 abfragen

• de broer
• de broers
• de moeder
• de moeders
• de zus
• de vader
• de vaders
• de grootmoeder
• de grootvader
• de oom
• de tante
• de zussen

•  der Bruder
• die Brüder
• die Mutter
• die Mütter
• die Schwester
• der Vater
• die Väter
• die Großmutter
• der Großvater
• der Onkel
• die Tante
• die Schwestern

Schrijf op!

Schrijf onder Lektion 3 nog op:

de neef = der Cousin

de nicht = die Cousine

•  spielst

•  spiele

• macht

• macht

•  wohnt

•  wohnen

• lachen

• lache

•  tanzen

•  tanze

• reist

• reist

• kommen

• wohne

• putzt

• spielen

• heißt

• kommen

Aussprache und hören

Aufgabe 7, 8, 9, 10 auf Seite 18-19

Lernziel

•  aan het einde van de les kan je het woord du, hören en Mädchen juist uitspreken, doordat we samen geluisterd en geoefend hebben.

Hausaufgaben

• Leren: Schrijf de woordjes van Lektion 1, 2, 3 op bladzijde 43 herhaaldelijk op.

Van Duits-Nederlands en Nederlands-Duits

Abschluss

Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af

• na mijn startsignaal: inpakken
• zitten blijven tot de bel gaat- stil


• dan: klaar :)

Tschüss 😁

Tschüss und bis Morgen!!

Termine 1mh4

1. Rustig niet lopen en rennen tijdens de les.

2. Niet vechten, schelden, snitchen, hard praten

3. Als iemand docent of klasgenoot praat dan ben je stil.

4. Vinger opsteken als je wat wilt zeggen.

5. Je blijft zitten totdat de bel gaat.

6. Geen gekke geluiden, mensen raar aankijken.

7. Van elkaar zijn spullen afblijven.

8. Pas inpakken als docent dat zegt.