Herhaling H5 - Migratie

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Wat is het verschil tussen emigratie en immigratie?

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Diapositive

Pushfactor
Pullfactor
Minder kans op natuurrampen
Voldoende werkgelegenheid
Droogte
Oorlog
Armoede
Familie en vrienden

Slide 5 - Question de remorquage

Slide 6 - Diapositive

Welke 4 groepen migranten zijn er?

Slide 7 - Carte mentale

Wat is het verschil tussen gezinsvorming en gezinshereniging?

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Bekijk het plaatje. Welke uitspraak is juist?
I. In het buitenland geboren New Yorkers wonen gelijkmatig verspreid over de stad.
II. In het buitenland geboren New Yorkers wonen (op basis van achtergrond) in bepaalde delen van de stad.
A
I
B
II

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Waarom is juist de lijn van migranten die asiel aanvragen het meest wisselend?

Slide 13 - Question ouverte

Slide 14 - Diapositive

Sleep de juiste fases naar de juiste plek in het model. 
Men wil wel, maar kan niet
Men wil wel en kan ook
Men kan nog wel, maar wil niet meer
Beperkte migratie
Migratiepiek
Afnemende migratie en retourmigratie

Slide 15 - Question de remorquage

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Bekijk de kaart. Welke twee uitspraken over internationale migratie worden hier bevestigd?

1 De meeste migratie is binnenlandse migratie.
2 De meeste migratie is buitenlandse migratie.
3 Internationale migratie is vaak gericht op buurlanden.
4 Internationale migratie is vaak gericht op andere
werelddelen.

A
1 en 4
B
1 en 3
C
2 en 4
D
2 en 3

Slide 18 - Quiz

Noem een economisch gevolg voor de herkomstgebieden.

Slide 19 - Question ouverte

Slide 20 - Diapositive

Stijgt het welvaarts- en opleidingsniveau, dan worden de aspiraties om te migreren in principe ook groter.

A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quiz

Multiculturele samenleving
segregatie
acculturatie
integratie
migranten en niet-migranten nemen cultuurelementen van elkaar over
Bestaan van verschillende culturen binnen een samenleving die met elkaar samenleven
het (ruimtelijk) gescheiden leven van groepen mensen
proces waarbij door contacten met een andere cultuur de bestaande cultuur verandert 

Slide 22 - Question de remorquage

Is er in Nederland meer emigratie of immigratie?
A
emigratie
B
immigratie

Slide 23 - Quiz

Veel gastarbeiders kwamen vanaf '60 in NL werken. Waarom werden zij 'gastarbeiders' genoemd?
A
Zij waren betere arbeiders dan de Nederlanders.
B
Ze waren in Nederland te gast, ze zouden terugkeren.
C
Ze waren speciale gasten, ze hadden een andere cultuur.

Slide 24 - Quiz

In welke volgorde kwamen deze groepen landen naar Noord-West Europe gemigreerd?
Eerste groep
Tweede groep
Derde groep
Spanje, Portugal, Italië & Griekenland
Marokko, Algerije, Tunesië
Polen, Roemenië, Hongarije

Slide 25 - Question de remorquage

Hoe heet het wanneer de cultuur van een bestemmingsland zich een beetje aanpast aan de cultuur van de immigranten
A
Acculturatie
B
Integratie
C
Segregatie
D
Multiculturele samenleving

Slide 26 - Quiz

Wat ga je nu doen?
Opties:
  • Woordweb / Mindmap maken
  • Samenvatting maken
  • Oefentoets maken (methode online)
  • Leerdoelen (vragen) uitschrijven

Slide 27 - Diapositive