15.6 Energiestromen

Welkom
Tas van tafel
Laptop pakken & in Lesson-Up
Binas pakken
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welkom
Tas van tafel
Laptop pakken & in Lesson-Up
Binas pakken

Slide 1 - Diapositive

Doel
Je kunt uitleggen hoe de energiestroom in een ecosysteem werkt

Je kunt cel-, organisme en ecosysteem niveau aanduiden waardoor er een verschil is tussen bruto- en netto primaire productie.

Je kunt uitleggen waarom in een voedselpiramide bij hogere trofische niveaus minder productie/biomassa is dan bij lagere niveaus.

Slide 2 - Diapositive

Energiestroom door een ecosysteem
Producenten - zetten mbv licht/warmte energie anorganische stoffen om in organische stoffen

Hierdoor leggen ze de energie van de zon vast in organische stoffen

Aangezien producenten hun eigen organische stoffen kunnen assimileren zijn ze autotroof


BINAS 93A1

Slide 3 - Diapositive

Hoeveel procent van de zonne-energie gebruiken planten?

Slide 4 - Question ouverte

Bruto primaire productie (BPP)
Productie van glucose uit CO en H2O door middel van fotosynthese

Autotroof/heterotroof?
Producent/consument/reducent?
Welke organismen?
Welke organen?
Welke celorganellen?

Slide 5 - Diapositive

Netto = Bruto - verliezen
netto=bruto - verliezen


Slide 6 - Diapositive

Netto primaire productie (NPP)
Netto pp = Bruto pp - verliezen

Bruto pp = Glucoseproductie door fotosynthese/chemosynthese

hoe raakt een plantencel glucose weer kwijt?
welk organel?

Slide 7 - Diapositive

De NPP bereken je door BPP - verliezen. Aangezien de BPP de glucoseproductie is, moeten we weten wat de verliezen van glucose dan zijn. Hoe raakt een plant glucose kwijt en in welk organel gebeurt dit?

Slide 8 - Question ouverte

samenvatting 
vergelijk:  Netto Loon= Bruto Loon - Belasting

Netto Primaire productie (NPP) = Bruto Prim Prod(BPP) - dissimilatie

groei (in massa) = fotosynthese - dissimilatie



Slide 9 - Diapositive

Wanneer zal er bij een producent sprake zijn van groei?
A
Als de BPP groter is dan de dissimilatie
B
Als de BPP kleiner is dan de dissimilatie
C
Als de BPP gelijk is aan de dissimilatie

Slide 10 - Quiz

Bij welke lichtintensiteit is de BPP groter dan de dissimilatie?
A
0
B
2
C
4
D
6

Slide 11 - Quiz

Bereken de bruto primaire productie van het ecosysteem dennenbos (in tonnen koolstof per hectare per jaar)?

Slide 12 - Question ouverte

Noem een abiotische factor die het verschil in Netto primaire productie tussen tropisch regenwoud en loofbos kan verklaren.
Doe dit ook voor loofbos en woestijn

Slide 13 - Question ouverte

NPP en dan?
Voortgezette assimilatie:
eiwit, vet, koolhydraat, DNA


wortels, stengels, takken, bladeren, bloemen, zaden, vruchten...

Slide 14 - Diapositive

Energiestroom door een ecosysteem
Aangezien consumenten hun eigen organische stoffen niet kunnen assimileren zijn ze heterotroof. 

Consumenten zetten organische stoffen om in andere organische stoffen

We zien echter dat de consumenten niet al de energie tot zich kunnen nemen. 





BINAS 93A1

Slide 15 - Diapositive

De voedselconversiefactor geeft aan hoe efficiënt het voedsel door dieren wordt gebruikt. Deze factor is in dit geval de hoeveelheid plant die nodig is om één gram vismassa te produceren. De vissen zetten niet al het opgegeten voer om in lichaamsgewicht. Dat heeft twee oorzaken. Noem deze beide oorzaken.

Slide 16 - Question ouverte

Hoeveel procent van de producenten kunnen herbivoren tot zich nemen?

Slide 17 - Question ouverte

BINAS 93A2

Slide 18 - Diapositive

Trofisch niveau





Bij elke trofisch wordt er slechts +- 10 procent van de energieopname gebruikt voor eigen assimilatie

Slide 19 - Diapositive

We hebben een voedselketen van gras -> konijn -> vos -> wolf.
De NPP van gras is 1000. Hoeveel daarvan komt uiteindelijk in de wolf terecht? Maak gebruik van de energiestroom getallen uit binastabel 93A1

Slide 20 - Question ouverte

Leg met behulp van de energiestroom in een ecosysteem uit dat herbivoren de grootste landdieren zijn op aarde.

Slide 21 - Question ouverte

Waarom een piramide?
Biomassa = drooggewicht van alle organismen in een bepaald trofisch niveau.

Slide 22 - Diapositive

Waarom denk je dat een voedselpiramide wordt gebaseerd op biomassa, en niet op aantallen organismen.

Slide 23 - Question ouverte

Slide 24 - Diapositive