één of twee gezichten? les 3 thema 7

één of twee gezichten? les 3 thema 7
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsLager onderwijsBuitengewoon lager onderwijs

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

één of twee gezichten? les 3 thema 7

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

taalboek blz.21

Slide 3 - Diapositive

Zoek 2 meervouden in de tekst.

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Diapositive

Meervouden
  • Worden niet altijd op dezelfde manier gevormd. 
  • Komt vaak een achtervoegsel bij: tafels    kunstwerken
  • Soms moet je verenkelen: week --> weken
  • Soms moet je verdubbelen: pak --> pakken
  • eindletter wordt anders: huis --> huizen
  • Sommige zijn gewoon echt moeilijk: kind --> kinderen   
  • stad --> steden

Slide 6 - Diapositive

Het meervoud van: paard

Slide 7 - Question ouverte

Het meervoud van: sleutel

Slide 8 - Question ouverte

Het meervoud van: lied

Slide 9 - Question ouverte

Het meervoud van: vis

Slide 10 - Question ouverte

Het meervoud van: man

Slide 11 - Question ouverte

Het meervoud van: maan

Slide 12 - Question ouverte

Het meervoud van: taart

Slide 13 - Question ouverte

Het meervoud van: vliegtuig

Slide 14 - Question ouverte

Het meervoud van: laars

Slide 15 - Question ouverte

Het meervoud van: oog

Slide 16 - Question ouverte

Het meervoud van: toeschouwer

Slide 17 - Question ouverte

Het meervoud van: tak

Slide 18 - Question ouverte

Het meervoud van: glas

Slide 19 - Question ouverte

Het meervoud van: aap

Slide 20 - Question ouverte

Het meervoud van: reus

Slide 21 - Question ouverte

Het meervoud van: bos

Slide 22 - Question ouverte

Het meervoud van: kind

Slide 23 - Question ouverte

Het meervoud van: vak

Slide 24 - Question ouverte

Het meervoud van: brief

Slide 25 - Question ouverte

Het meervoud van: ei

Slide 26 - Question ouverte

Het meervoud van: schoen

Slide 27 - Question ouverte

Het meervoud van: fiets

Slide 28 - Question ouverte

Bedenk een titel voor dit schilderij. Gebruik een meervoudsvorm.

Slide 29 - Question ouverte

Bedenk een titel voor dit schilderij. Gebruik een meervoudsvorm.

Slide 30 - Question ouverte

Bedenk een titel voor dit schilderij. Gebruik een meervoudsvorm.

Slide 31 - Question ouverte

Bedenk een titel voor dit schilderij. Gebruik een meervoudsvorm.

Slide 32 - Question ouverte