3.4 betoog

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Welkom!

Wat ligt er op je tafel?

           

           Kom binnen en  
           ga zitten op                     jouw plek.

1

WELKOM!

2

 Werkboek

   Pen

 Laptop

• je weet hoe je een betoog schrijft;
• hoe je een mening opshrijft;
• hoe je argumenten bij je mening opschrijft;
• hoe je korte en lange zinnen afwisselt in een tekst.

DOELEN

In een betoog geef je wel of niet je mening?

1. wel
2. niet

Met argumenten leg je je mening uit.

1. klopt niet
2. klopt

De signaalwoorden ten eerste, bovendien en ook gebruik je in de kern van een betoog.

1. klopt niet
2. klopt

BLZ. 176

Vraag wat betekent: "gebakken lucht"

Lees de laatste zin: Is het een mening of feit?

Blz. 177

Welke argumenten geeft de schrijver waarom een broodje gezond niet gezond is?

1. Er zitten geen vezels in het broodje
2. Er zitten teveel plantaardige producten op het broodje
3. Er zitten teveel dierlijke producten op het broodje
4. Te weinig vitamines, want de groenten worden van te voren gesneden

Welk signaalwoord zie je in de laatste alinea. Het gaat om een signaalwoord voor een conclusie.

Welk conclusie trekt de schrijver?

scholen moeten later beginnen

EENS

ONEENS

ARGUMENTEN

Noem twee argumenten waarom je het hiermee eens of oneens bent.

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?

Aan de slag!

Maken opdracht 6, 7 en 8

Wat?
Daarna?

Antwoorden?

Eerder klaar?
Of?

Opdracht 1 t/m 4

Eind van de les

NUMO

Test jezelf, Versterk jezelf

Na 12 minuten breakoutrooms sluiten en vraag 5a t/m 5d laten beantwoorden door de duo's. 

Geen tijd meer hiervoor? Dan huiswerkopdracht laten doen (veel korter) in breakoutrooms en deze opdracht verplaatsen naar les 2.

OPDRACHT 6

a. hollen-rennen

    kapot-stuk

   We gingen op schoolreisje naar Walibi, dit uitstapje was erg leuk.

b. voeg en woord

c. Ze voegen twee zinnen samen.

d. maar, of, want

Opdracht 7

Opdracht 8

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?

Aan de slag!

Je gaat een betoog schrijven. Je mag kiezen uit de volgende stellingen: 

• Onze school moet huiswerkvrij worden.
• Op school zou het gebruik van mobieltjes verboden moeten worden.
• Het is goed om vanaf je 12e kleedgeld te krijgen.

* Gebruik het beoordelingsformulier blz. 182 en/of volgende dia

Na 12 minuten breakoutrooms sluiten en vraag 5a t/m 5d laten beantwoorden door de duo's. 

Geen tijd meer hiervoor? Dan huiswerkopdracht laten doen (veel korter) in breakoutrooms en deze opdracht verplaatsen naar les 2.

Op school zouden mobieltjes verboden moeten worden.

Op school moeten mobieltjes verboden worden. Dat is wat je vaak in het nieuws hoort. Ik ben het hier niet meer eens. Ik vind dat mobieltjes toegestaan moeten worden op school. (inleiding)

Als eerste mobieltjes kunnen ze een verrijking van je les zijn. Als een leerling iets niet weet kan hij het opzoeken en het antwoord opschrijven. Zo leert de leerling de zoekfunctie goed gebruiken en in zijn eigen woorden opschrijven wat er wordt bedoeld. (kern A 1)

Bovendien zijn mobieltjes belangrijk in de les, want bij bepaalde vakken is het nodig om een mobiel te gebruiken door vragen te beantwoorden. Denk aan LessonUp. De leerlingen kunnen snel meedoen met de lesstof. (kern A 2)

Verder is een mobiel belangrijk voor het lezen. In veel klassen hebben de leerlingen een app met een leesboek op hun mobiel. Super, sommige leerlingen luisteren naar luisterboeken op hun mobiel tijdens de les Nederlands of ze lezen een boek op hun mobiel. (kern A 3)

Dus mobieltjes moeten blijven op school, omdat ze belangrijk zijn voor de leerlingen voor het opzoeken van lesstof. Ook is het belangrijk, omdat de mobieltjes vaak worden gebruik voor quizzen en als laatste is het belangrijk om leerlingen een leesboek te laten luisteren of lezen op hun mobiel. (slot-conclusie)

Als eerste mobieltjes kunnen een verrijking van je les zijn. Als een leerling iets niet weet kan hij het opzoeken en het antwoord opschrijven. Zo leert de leerling de zoekfunctie goed gebruiken en in zijn eigen woorden opschrijven wat er wordt bedoeld.