2KM H3 Lezen L1

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Welkom!

Fijn dat het gelukt is met inloggen.

Zorg dat je de volgende spullen voor je hebt:

• lesboek H3 lezen blz. 64 
• schrift
  
• pen
• leesboek

We starten als de timer op 0:00 staat. 

Wat gaan we doen?

• Lesdoelen
• Mededelingen 
• Uitleg
• Zelfstandig werken
• Opdrachten bespreken
• Huiswerk
• Evaluatie les

Lesdoelen

• Ik weet wat signaalwoorden zijn.
• Ik kan opsommingen en tegenstellingen herkennen aan de hand van signaalwoorden.

Mededelingen

Wat moet ik weten?

Laat dit weten via de chatfunctie!

Afspraken online lessen

• Verlaat de les pas als ik heb aangegeven dat de les is afgelopen.
  
• In Magister zet ik steeds wat het huiswerk voor die les is en wat er tijdens de les van je wordt verwacht.
• Doe het thuiswerk zoals afgesproken. Kom je er niet uit? Laat het mij dan op tijd weten. Dan zoeken we samen naar een oplossing.
  
• Het werkt het beste als je je vragen tijdens de les via de chat stelt. Dan krijg je zo snel mogelijk antwoord.

Afspraken online lessen

• Je mag mij altijd tussendoor mailen ([e-mail]). Ik beantwoord de vragen op maandag, woensdag en vrijdag.
• Als je tops of tips voor mij hebt, zie ik die graag ook via de mail verschijnen. Online lesgeven is voor mij even wennen en ik kan vast een heleboel van jullie tips leren.
  

Werken met LessonUp

• Eerst gezamenlijke uitleg.
• Dan ga je zelfstandig aan de slag. Ik deel een link van de les in de chat. Zo kun je de les zelfstandig doorlopen en de vragen in LessonUp beantwoorden.
• Gebruik je eigen naam in LessonUp! 
• Ik kan zo bijhouden hoe jullie ervoor staan en of je alles gemaakt hebt.
• Heb je een vraag? Stel die dan in de chat.
• Ben je klaar? Dan ga je lezen je in leesboek.
• Je houdt je camera aan!
• Ik geef een seintje wanneer we samen de les nog even gaan afsluiten. Je mag de les dus niet eerder verlaten! 

Signaalwoorden

• Wat zijn signaalwoorden?
• Wat hebben ze met de samenhang in teksten te maken?
• Opsomming of tegenstelling met signaalwoorden herkennen.

Signaalwoorden

• Eerst 
• Vervolgens
• Daarna
• Tenslotte
• Maar
• Echter

Zelfstandig werken - in stilte

1. Schrijf de aantekeningen in je schrift. 

2. Maak opdracht 1 en 2 op blz. 65 en 66. 

De teksten lees je in je boek. 

De antwoorden lever je in via LessonUp. 

3. Lees je boek.

4. De laatste vijf minuten is iedereen weer bij de vergadering. 

Opdracht 1 blz. 65

Zoek opdracht 1 op blz. 65. Lees tekst 2.

Geef bij de volgende opdrachten antwoord op de vragen.  

Veel succes!

1. Wat is het onderwerp van tekst 2?

2. Wat is de tegenstelling die in alinea 1 staat?

1. de volgende dag in huis - risico's online shoppen
2. online shoppen is makkelijk - het gaat soms mis
3. online winkelen - risico's gewoon winkelen

3. Aan welk signaalwoord herken je die tegenstelling?

4. In alinea 1 worden drie risico's genoemd van online winkelen. Noteer er twee.

5. Wat doe je nadat je gezien hebt dat een webshop een keurmerk vermeldt (al. 2)?

6. In alinea 2, 3 en 4 krijg je tops over keurmerk, manier van betalen en bedenktijd. Aan welke signaalwoorden herken je die tips?

7. Had de schrijver alinea 2, 3 en 4 ook in een andere volgorde kunnen zetten? Leg je antwoord uit.

8. Waarvan zijn de woorden 'internetbankieren' en 'iDEAL' in alinea 3 voorbeelden?

9. Noteer een voordeel en een nadeel van vooraf betalen uit de tekst.

10. Noteer twee manieren van achteraf betalen uit de tekst.

11. Noem zelf een voordeel en een nadeel van online winkelen.

Opdracht 2 blz. 66

De volgende vragen gaan over tekst 3 op blz. 66 en 67. Lees die tekst en maak dan de opdrachten.

1. Kies de werkzaamheden die volgens jou iemand van 14 jaar tegen betaling mag doen. De opties vind je bij opdracht 2, vraag 1 op blz. 66

2. Wat is het onderwerp van tekst 3?

1. Je eigen geld verdienen
2. Regels voor werk door jongeren
3. Veilig en gezond opgroeien in Nederland

3. Wat is het doel van deze tekst?

1. De schrijver wil de lezer amuseren
2. De schrijver wil de lezer iets laten doen
3. De schrijver wil de lezer informatie geven
4. De schrijver wil de lezer zijn mening geven.

4. Wat betekent dit woord uit de tekst?
Overheid (al. 1)
Kies uit: 'afgesproken en opgeschreven', 'binnen bepaalde grenzen', 'hoogstens', 'precies' of 'regering van een land'

4. Wat betekent dit woord uit de tekst?
Beperkt (al. 1)
Kies uit: 'afgesproken en opgeschreven', 'binnen bepaalde grenzen', 'hoogstens', 'precies' of 'regering van een land'

4. Wat betekent dit woord uit de tekst?
Vastgelegd (al. 5)
Kies uit: 'afgesproken en opgeschreven', 'binnen bepaalde grenzen', 'hoogstens', 'precies' of 'regering van een land'

4. Wat betekent dit woord uit de tekst?
Exact (al. 4)
Kies uit: 'afgesproken en opgeschreven', 'binnen bepaalde grenzen', 'hoogstens', 'precies' of 'regering van een land'

4. Wat betekent dit woord uit de tekst?
Maximaal (al. 4)
Kies uit: 'afgesproken en opgeschreven', 'binnen bepaalde grenzen', 'hoogstens', 'precies' of 'regering van een land'

5. Waarom heeft de overheid regels gemaakt voor kinderen die willen werken (al. 1)?

6. Aan welk signaalwoord herken je de reden waarom de overheid regels heeft gemaakt?

7. In alinea 2 krijg je twee voorbeelden van klusjes die mag doen als 13- of 14-jarige. Welk signaalwoord zegt: let op, nu komen de voorbeelden?

8. In de laatste zin van alinea 2 staan ook voorbeelden. Waarvan zijn dit voorbeelden?

9. Wat hebben alinea 2 en 3 met elkaar te maken?

10. Waarvan wordt in alinea 3 een opsomming gemaakt?

11. Wat is het doel van de tabel bij tekst 3?

1. De aandacht van de lezer trekken
2. De informatie uit alinea 4 kort weergeven
3. Extra informatie geven bij alinea 4

12. Mag je op een schooldag vakkenvullen in de supermarkt? Leg uit.

13. Is het minimumloon voor iedereen vanaf 15 jaar hetzelfde, denk je? Leg uit.

Klaar? Super!

• Ga lezen in je leesboek! 
• Als je meer oefening wil, mag je opdracht 3 zelfstandig maken. Vragen kun je via de chat of later via de mail ([e-mail]) stellen.
• We komen zo nog even samen, blijf dus online en houdt je camera aan. 

Wat heb je deze les geleerd?

Lesdoelen

• Ik weet wat signaalwoorden zijn.
• Ik kan opsommingen en tegenstellingen herkennen aan de hand van signaalwoorden.

Wat ging deze les goed?

Heb je de les goed kunnen volgen?

1. Ja, het ging heel goed.
2. Ja, het ging wel.
3. Niet zo goed.
4. Het ging echt niet goed.

Welke vragen en/of tips heb je voor je docent?

Huiswerk

Leren:

Theorie blz. 64

Maken:

Aantekeningen

Je hebt opdracht 1 en 2 via LessonUp gemaakt. 

Iedere dag minstens 10 minuten lezen!

Bedankt voor het bijwonen 

van de les!

Je mag nu de les verlaten.