Les 10 Onderzoek doen

Les 10
Onderzoek doen
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Les 10
Onderzoek doen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelf onderzoek doen
- Verloopt altijd via een aantal vaste stappen.
1. Onderzoeksvraag
2. Hypothese
3. Werkplan
4. Resultaten verzamelen en verwerken
5. Conclusie

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderzoeksvraag
Onderzoeksvraag: Wat wil je gaan onderzoeken met je onderzoek/experiment? 
  • Niet algemeen, maar één variabele.
  • Kan niet worden beantwoord met ja, nee of een getal.
  • Je kunt de vraag laten beginnen met:
Wat is de invloed van… op …?
Wat is het verband tussen …?
Wat gebeurt er als ……. ?
Hoe verschillen …..?
Hoe verhouden zich…?

Het boek maakt hier wel eens fouten in, zoek ze maar eens in de opdrachten!

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In tweetallen
Geef per vraag aan of het een goede onderzoeksvraag is:

  1. Hoelang moet een ei koken voordat het hard is?
  2. Wat is de invloed van water op de groei van tuinkers?
  3. Als er een komkommer op de grond ligt, schrikt een kat dan?

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderzoeksvraag
Je hebt gezien dat je kat de ene keer haar bakje voer sneller leeg eet dan de andere keer. Zou een kat het ene voer lekkerder vinden dan het andere?

Dit kun je onderzoeken.

Bedenk hierbij een goede onderzoeksvraag en schrijf deze op.
timer
4:00

Slide 6 - Diapositive

Welk kattenvoer vindt mijn kat het lekkerst?
Hypothese
Hypothese: mogelijk antwoord op je onderzoeksvraag (wat verwacht je?) 

Dit bedenk je voordat je het onderzoek gaat uitvoeren.




Wat zou hier een hypothese kunnen zijn?

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werkplan
Werkplan = beschrijving van manier waarop je het onderzoek gaat uitvoeren. Iemand moet het onderzoek precies na kunnen doen.
Bestaat uit: 
  • benodigdheden: wat heb je nodig?
  • werkwijze: hoe ga je het doen?
Wat zou hier een werkwijze kunnen zijn?

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschillende werkwijzen voor onderzoek
  • Experiment: proef uitvoeren.
  • Steekproef: onderzoek naar een deel van een grote groep.
  • Proefvlak: klein stukje onderzoeken van een groot geheel.
Wat voor werkwijze zou je hier gebruiken?

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschillende werkwijzen




Bedenk voor jezelf welke drie werkwijzen er ook alweer waren...

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Conclusie 
In een conclusie geef je antwoord op de onderzoeksvraag en geef je aan of je hypothese klopte.


Nee, dit doen wij op een andere plek.
Daarover later meer. 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stappen onderzoek doen

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
Toevoegen

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je nog?
Schrijf het antwoord op:
  • Wat is de hypothese?

  • Welk onderdeel van onderzoek hoort bij deze omschrijving: "Wat je door het onderzoek te weten bent gekomen."


Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions