Werkwoorden TT Thema 2 eten en drinken 25-5-2020

Spelling en grammatica
Lesdoel:
-Herhaling: wat zijn werkwoorden
-Hoe schrijf ik werkwoorden in de tegenwoordige tijd

1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Spelling en grammatica
Lesdoel:
-Herhaling: wat zijn werkwoorden
-Hoe schrijf ik werkwoorden in de tegenwoordige tijd

Slide 1 - Diapositive

Wat zijn werkwoorden?

Slide 2 - Carte mentale

Spelling en grammatica
Je gaat eerst de STAM zoeken
Dat doe je door -en van het werkwoord af te halen

Hele werkwoord:
Bereiden                                  stam = bereid
Drinken                                    stam = drink
Slurpen                                    stam = slurp

Slide 3 - Diapositive

Spelling en grammatica
3 regels die hierbij horen:
1) bij een lange klank in het hele werkwoord verdubbelt de klinker --> Koken  ->   Kook 
2) de stam mag nooit op een V of Z eindigen dit wordt dan een F of S --> leven -> stam = leef   /  razen -> stam = raas 
3) de stam mag nooit op 2 medeklinkers eindigen
wokken  --> wokk  --> stam = wok

Slide 4 - Diapositive

Spelling en grammatica
Schema
ik         stam
jij/u     stam +t
hij/zij  stam + t
wij        hele werkwoord
zij         hele werkwoord
jullie    hele werkwoord

Slide 5 - Diapositive

Spelling en grammatica
Sommige werkwoorden eindigen op een D in de stam dan voeg je bij JIJ/U/HIJ/ZIJ een t aan toe. Dan staat er op het einde DT

Voorbeelden:
snijden   ->   stam = snijd ->   hij snijdt
branden  -> stam = brand ->  hij brandt

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Lopen
Zij ......

Slide 8 - Question ouverte

Bakken
Ik......

Slide 9 - Question ouverte

Schrobben
U......

Slide 10 - Question ouverte

Prakken
Zij......

Slide 11 - Question ouverte

Serveren
Zij......

Slide 12 - Question ouverte

Blazen
Ik......

Slide 13 - Question ouverte

Draaien
Hij......

Slide 14 - Question ouverte

Koelen
Wij......

Slide 15 - Question ouverte

Vinden
Jij .....

Slide 16 - Question ouverte

Worden
Ik .....

Slide 17 - Question ouverte

Snappet > spelling
Maken: Snappet > spelling > werkpakket:
-Kiezen uit de onderdelen --> Werkwoorden in de tegenwoordige tijd. 
-20 opdrachten gemaakt? Verder werken in doel of ander doel kiezen.

Slide 18 - Diapositive