3.2 Centrum- en spreidingsmaten

3.2 Centrum- en spreidingsmaten
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

3.2 Centrum- en spreidingsmaten

Slide 1 - Diapositive

Je leert:
  1. Je leert het begrip centrummaten.
  2. Je leert de begrippen kwartielafstand en spreidingsmaten.
  3. Je herhaalt het bepalen van de mediaan en het eerste en derde kwartiel.

Slide 2 - Diapositive

Spreidingsmaten

Mediaan, 1e en 3e kwartiel

  1. Waarden op volgorde van klein naar groot
  2. Maximum en minimum bepalen
  3. Mediaan bepalen
  4. 1e en 2e helft van de waarden bepalen
  5. Mediaan 1e helft (Q1) en mediaan 2e helft bepalen (Q3) 

Slide 3 - Diapositive

Minimum            Q1        Mediaan    Q3         Maximum
Boxplot

Slide 4 - Diapositive

Mediaan, 1e en 3e kwartiel
en spreidingsbreedte

Slide 5 - Diapositive

Wat is hier de mediaan?

Slide 6 - Question ouverte

Wat is het 3e kwartiel?

Slide 7 - Question ouverte

Benoem de kleinste en grootste waarde. Geef als antwoord: ... en ...

Slide 8 - Question ouverte

Wat is de mediaan?
A
40
B
30
C
20
D
25

Slide 9 - Quiz

Wat is het gemiddelde?
A
27
B
27,85
C
27,86
D
28

Slide 10 - Quiz

Wat is de modus?
A
30
B
40
C
10
D
45

Slide 11 - Quiz

maak opgave 11

Slide 12 - Diapositive

Wat is de mediaan?

Slide 13 - Question ouverte

Wat is het 1e en 3e kwartiel? Geef als antwoord: ... en ...

Slide 14 - Question ouverte

Wat is de spreidingsbreedte?

Slide 15 - Question ouverte

Wat is de modus?

Slide 16 - Question ouverte

Boxplot maken
  • Bepaal de kleinste waarde                     (hier 25)
  • Bepaal de grootste waarde                   (hier 46)
  • Bepaal de mediaan (hier M =                 40,5)
  • Bepaal het 1e kwartiel (hier Q1            = 36)
  • Bepaal het 3e kwartiel (hier Q3          = 44,5)
  1. Maak een getallenlijn /                           horizontale as
  2. Geef de as een titel
  3. Zet streepjes bij de getallen                (kleinste , Q1 , M , Q3 , grootste)          op de getallenlijn
  4. Teken de boxplot
  5. Geef de boxplot een titel

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Welke rij hoort bij welke boxplot?

Slide 25 - Diapositive

De mediaan is het middelste getal in een rij getallen. 

Mediaan
Bij een even aantal getallen: 
2-4-6-7-8-10-11-11
mediaan is 
27+8=7,5
Bij een oneven aantal getallen: 
2-4-5-7-8-10-11-11-14
mediaan is 8

de mediaan ligt tussen het vierde en het vijfde getal.

8 getallen, dus het 4e+5e getal optellen en delen door 2

Een oneven aantal, dus 1 getal in het midden.

(9+1):2 = het vijfde getal

Slide 26 - Diapositive

3.3 Boxplot
kleinste getal
mediaan 
eerste gedeelte
mediaan
mediaan 
tweede gedeelte
grootste getal

Slide 27 - Diapositive

Maak een boxplot bij een frequentietabel:
Stap voor stap....
Wel meeschrijven....

Slide 28 - Diapositive

De boxplot

Slide 29 - Diapositive

Boxplot
Diagram met centrum- en spreidingsmaten
  • min & max:  minimale en maximale waarde van waarnemingsgetallen
  • mediaan: mediaan van waarnemingsgetallen
  •        en         : kwartielen van waarnemingsgetallen
    (medianen van de helft van de waarnemingsgetallen)
Q1
Q3

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Boxplot aflezen
  • Een boxplot bestaat uit 4 delen,
    die elk 25% van de waarnemingsgetallen bevatten.
  • De mediaan en kwartielen zijn geen waarden die per sé bestaan in de waarnemingsgetallen.

Slide 33 - Diapositive

Hoeveel leerlingen
hadden hoger dan een 6
voor Engels?
A
30
B
60
C
90
D
120

Slide 34 - Quiz

Schat het totale aantal
voldoendes (hoger dan 5,5).

Slide 35 - Question ouverte

Engels 100% van 120, dus 120, 
en Frans 75% van 120, dus 90.
120 + 90 = 210 voldoendes.

Slide 36 - Diapositive

Hoeveel leerlingen hebben
voor Frans een 7 of hoger?

Slide 37 - Question ouverte

Hoeveel leerlingen hebben
voor Frans een 7 of hoger?
Een 7 voor Frans ligt niet op de kwartielen of mediaan, dus je kunt dit niet aflezen.
Wél kun je dit schatten, door 
     25% + 25% = 37,5%
dus ongeveer 
leerlingen
21
0,375120=45

Slide 38 - Diapositive

Maken + nakijken
&3.2 Centrum- en spreidingsmaten

Slide 39 - Diapositive