Het grote wat-kies-jij spel!

Wat-Kies-Jij?
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Wat-Kies-Jij?

Slide 1 - Diapositive

Spelregels
Je werkt in een groepje
Overleg eerst voor je antwoord geeft
Als je het eens bent, geef je pas antwoord

Slide 2 - Diapositive

Je zoekt een baan.
Waar zouden jullie voor kiezen?
A
1x per week folders rondbrengen.
B
3x per week bij een supermarkt werken
C
7x per week een krantenwijk
D
Een baantje... echt niet!

Slide 3 - Quiz

1x per week folders rondbrengen


3x per week bij een supermarkt 


7x per week kranten rondbrengen


Een baantje... echt niet! 

Slide 4 - Diapositive

Je koopt een hamburger
voor 4 euro. Je krijgt
korting. Welke korting maakt je
hamburger het goedkoopst?
A
B
C
D

Slide 5 - Quiz

4 euro => 25% korting 4:4= 1 euro korting, dus 3 euro
4 euro => 2 euro korting, dus 4-2=2 euro
4 euro => 1 euro korting, dus 4-1=3 euro
4 euro => 30%  10% is 40 cent, 
                   dus 40x3=1,20 korting, dus 2,80

Heb je het goed? Dan krijg je 5 euro

Slide 6 - Diapositive

Een vriend van een vriendin vraagt of hij je bankrekening even mag gebruiken. Jij krijgt een mooie beloning!
A
Ja, voor 50 euro mag je mijn rekening even gebruiken.
B
Ja, voor 100 euro mag je mijn rekening even gebruiken.
C
Ja, voor 200 euro mag je mijn rekening even gebruiken.
D
Nee, liever niet.

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Je koopt voor je vrienden
cola. Je koopt 4 flesjes.
Een flesje kost 1 euro.
Waar is het het goedkoopst?

A
2e halve prijs.
B
Morgen 100% korting
C
3e halve prijs
D
50% korting

Slide 9 - Quiz

4 flesjes is 4 euro. 
tweede halve prijs:
1 euro+ 50 cent+ 1 euro+ 50 cent=3 euro
Morgen 100% korting, is vandaag niet... dus 4 euro
3e halve prijs
1 euro + 1 euro + 50 cent + 1 euro = 3,50
50% korting
4 euro 50% korting is halve prijs, dus 2 euro

Heb je het goed? Dan krijg je 5 euro. 

Slide 10 - Diapositive

Je hebt geld gespaart. Zet je geld op je spaarrekening? Hoeveel zet je op je rekening? Overleg in je groepje.

Slide 11 - Question ouverte

Zet de % van laag naar hoog
minste korting
1
2
3
Meeste korting 4

Slide 12 - Question de remorquage

Opdracht
Je krijgt zo een aantal muziekjes te horen. 
Bij welke merken horen deze muziekjes?
Schrijf deze onder elkaar op je blaadje. 
(zet beeld op freeze) 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

1: Kruidvat
2: Nespresso
3: Unox
4: Albert Heijn
5: Nikon

6: Ikea
7: MC Donalds
8: T- mobile
9: Coca Cola
10: Hema

Voor ieder goed antwoord...
1 euro

Slide 15 - Diapositive