12.4 Kou en hitte

12.4 Kou en hitte 
Hoofdstuk 12 Dieren en planten
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

12.4 Kou en hitte 
Hoofdstuk 12 Dieren en planten

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen 12.4

• Je kunt uitleggen hoe dieren zich kunnen aanpassen aan warmte en kou.


Slide 2 - Diapositive

Leerdoel 1

• Je kunt uitleggen hoe dieren zich kunnen aanpassen aan warmte en kou.
- Je kent 4 manieren die dieren gebruiken om af te koelen, je kunt deze begrippen in je eigen woorden uitleggen.
- Je kent 4 manieren die dieren gebruiken om warm te blijven, je kunt deze begrippen in je eigen woorden uitleggen.
- Je kunt aan de hand van het uiterlijk van een vos uitleggen hoe deze aangepast is aan zijn omgeving.
- Je kunt het verschil benoemen tussen een warmbloedig en koudbloedig dier.


Slide 3 - Diapositive

Leerdoel 1

• Je kunt uitleggen hoe dieren zich kunnen aanpassen aan warmte en kou.
- Je kent 4 manieren die dieren gebruiken om af te koelen, je kunt deze begrippen in je eigen woorden uitleggen.
- Je kent 4 manieren die dieren gebruiken om warm te blijven, je kunt deze begrippen in je eigen woorden uitleggen.
- Je kunt aan de hand van het uiterlijk van een vos uitleggen hoe deze aangepast is aan zijn omgeving.
- Je kunt het verschil benoemen tussen een warmbloedig en koudbloedig dier.


Slide 4 - Diapositive

warmbloedig 
Temperatuur redelijk constant
koudbloedig
Temperatuur zelfde als omgeving

Slide 5 - Diapositive

Warmbloedig 
Manieren om af te koelen

* zomervacht/verenkleed/vetlaag
* warmte afgeven via bloed, huid
* lucht laten stromen
* hijgen

Slide 6 - Diapositive

Warmbloedig
Manieren om warm te blijven:

* isoleren: wintervacht/verenkleed/vetlaag
* klein oppervlak
* kou vermijden: winterslaap/winterrust, overwinteren (filmpje)

Slide 7 - Diapositive

Leerdoel 1

• Je kunt uitleggen hoe dieren zich kunnen aanpassen aan warmte en kou.
- Je kent 4 manieren die dieren gebruiken om af te koelen, je kunt deze begrippen in je eigen woorden uitleggen.
- Je kent 4 manieren die dieren gebruiken om warm te blijven, je kunt deze begrippen in je eigen woorden uitleggen.
- Je kunt aan de hand van het uiterlijk van een vos uitleggen hoe deze aangepast is aan zijn omgeving.
- Je kunt het verschil benoemen tussen een warmbloedig en koudbloedig dier.


Slide 8 - Diapositive

Vandaag
- Afmaken thema 13
- Nakijken
- Oefentoets
- Zelf leren/samenvatten

Slide 9 - Diapositive

Egel
Gaat in winterslaap
=
slaapt de hele winter door


De lichaamstemperatuur daalt naar zo'n 5 graden en blijft tijdens de hele winter zo laag.
Eekhoorn
Gaat in winterrust
=
wordt af en toe wakker, als het wat minder koud is in de winter

De lichaamstemperatuur daalt en hoe langer hij in rust is, hoe lager hij wordt. als hij wakker is, gaat de temperatuur weer omhoog.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Slide 12 - Vidéo

Egels en eekhoorns verzamelen allebei een voorraad voedsel.
Waarom heeft de eekhoorn meer voedsel nodig?

Slide 13 - Question ouverte

Wat is niet waar over de winterslaap van de egel?
A
De lichaamstemperatuur stijgt.
B
De activiteit blijft hetzelfde
C
Het lichaamsgewicht neemt af.
D
De ademhaling en de hartslag dalen

Slide 14 - Quiz

Welk gevaar loopt een egel als de winter streng is en lang duurt?

Slide 15 - Question ouverte

 koudbloedig dier
Koudbloedige dieren nemen de temperatuur van hun omgeving aan.

Lichaam opwarmen: in de zon liggen
Lichaam afkoelen: in de schaduw/in het water

Te koud: verbranding langzamer, bewegen trager

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo