Soorten standpunten en argumenten op basis van feit geloof vermoeden wetenschap gezag normen waarden

havo 4
ARGUMENTEREN 


1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

havo 4
ARGUMENTEREN 


Slide 1 - Diapositive

Deze les
Je leert over de verschillende soorten standpunten
Je leert over de verschillende soorten argumenten

Slide 2 - Diapositive

Standpunten
We onderscheiden 3 soorten standpunten:
Positief standpunt 
De regering heeft de juiste maatregelen genomen. 
Negatief standpunt:
De regering heeft niet de juiste maatregelen genomen. 
Standpunt van twijfel:
Ik weet niet wat ik moet denken van de juiste maatregelen. 




Slide 3 - Diapositive

Er komt geen poes in huis!
A
Positief
B
Negatief
C
Twijfel

Slide 4 - Quiz

Ik kan nog niet goed zeggen wat ik van de persconferentie moet vinden.
A
Positief
B
Negatief
C
Twijfel

Slide 5 - Quiz

De vergadering van vanmiddag zal wel weer niet op tijd klaar zijn.
A
Positief
B
Negatief
C
Twijfel

Slide 6 - Quiz

Dat concert van Pink lijkt me echt iets voor jou!
A
Positief
B
Negatief
C
Twijfel

Slide 7 - Quiz

Iedereen vond die macarons van vorige week in Heel Holland Bakt niet te eten!
A
Positief
B
Negatief
C
Twijfel

Slide 8 - Quiz

Redenering
De combinatie van het standpunt en argument noemen we dus redenering. 
Met het argument wil je de waarheid of juistheid van de stelling bewijzen. 

Slide 9 - Diapositive

Twee typen argumenten
Waarderende argumenten:
Deze argumenten zijn gebaseerd op een mening.

Feitelijk argumenten:
Deze argumenten zijn controleerbaar.

Slide 10 - Diapositive

Stelling: Utrecht is een prettige stad om in te wonen. 
Utrecht was in 2013 de stad met de grootste stijging van het aantal inwoners
Er wonen in Utrecht veel jonge, gezellige mensen. 
Waarderend argument
Feitelijk argument

Slide 11 - Question de remorquage

Stelling: Je kunt beter met het OV naar Rotterdam gaan. 
Het is veel gezelliger om met het OV naar R'dam te komen. 
Dan maken er meer mensen gebruik van het OV. 
Waarderend argument
Feitelijk argument

Slide 12 - Question de remorquage

Stelling: Leiden is een prima stad om een excursie voor CKV te organiseren.
In Leiden kan je zeer diverse musea en galeries bezoeken. 
Leiden heeft een gezellige binnenstad.
Waarderend argument
Feitelijk argument

Slide 13 - Question de remorquage

Soorten argumenten
Welke hebben we ook alweer? 
* Feiten
*Onderzoek/ Wetenschap
* Normen/ Waarden
* Vermoedens
*Geloof
* Gezag/ Autoriteit
* Nut


Slide 14 - Diapositive

Het beste is om minimaal 1,5 liter water per dag te drinken. Wetenschappers uit Leiden hebben dat laatst ontdekt.
A
Onderzoek/Wetenschap
B
Gezag
C
Nut
D
Feit

Slide 15 - Quiz

We kunnen beter een ander restaurant uitzoeken, want ik ben al twee keer ziek geworden van het eten daar.
A
Gezag
B
Feit
C
Onderzoek
D
Normen/Waarden

Slide 16 - Quiz

Ook al ben je nog zo’n goede voetballer en verdien ze nog zoveel, belasting betalen behoort iedereen te doen.
A
Geloof
B
Normen/Waarden
C
Feit
D
Vermoedens

Slide 17 - Quiz

Ik verwacht niet dat Jeroen Dijsselbloem in de Tweede Kamer blijft. Ik kan me niet voostellen dat dat werk hem nog genoeg uitdaging zal bieden.
A
Feit
B
Geloof
C
Vermoeden
D
Wetenschap

Slide 18 - Quiz

Ik zou maar veel lezen want literaire klassiekers en poëzie kunnen je helpen je beter over je situatie na te laten denken. Literatuur heeft zo een therapeutische werking. Dat blijkt uit onderzoek van Wetenschappers van de Universiteit van Liverpool.
A
Feit
B
Gezag
C
Wetenschap
D
Nut

Slide 19 - Quiz

Wat heb je geleerd? Wat vind je nog moeilijk?

Slide 20 - Question ouverte