Par. 3: Centrum en periferie

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 1

Centrum en periferie

Par. 3.3: Centrum en periferie 

Wat leer je in deze les ?

* Je kunt de wereld indelen in centrum, semiperiferie en periferie. 

* Je kent de kenmerken van het centrum, de semiperiferie en de periferie in de wereld. 

* Je weet hoe het centrum, de semiperiferie van elkaar afhankelijk zijn. 

Waar denk je aan bij het centrum?

Waar denk je aan bij de periferie?

Indeling voor landen

* Centrum

    - meeste rijkdom en macht

* Periferie

    - arme landen met weinig macht

* Semiperiferie 

    - tussen het centrum en de periferie in

In welk werelddeel behoren veel landen tot het centrum?

1. Azië
2. Europa
3. Noord-Amerika
4. Afrika

Wat is de semiperiferie?

1. Rijke landen
2. Arme landen (periferie)
3. Centrum landen
4. Landen tussen het centrum en de periferie

Centrum en periferie 

Landen in het centrum

* Rijk en machtig

* Westerse landen

* Meeste mensen hebben een goed inkomen

* Ook arme mensen

Landen in de periferie

* Arme landen

* Ontwikkelingslanden of derdewereldlanden

* Mensen werken vooral in de landbouw

* Weinig gezondheidszorg & hoge kindersterfte 

Noem een kenmerk van het centrum én van de periferie.

Wat zijn Westerse landen?

1. Rijke landen met veel macht
2. Arme landen met weinig macht
3. Landen met dictators aan de macht

Wat zijn ontwikkelingslanden?

Semiperiferie

* Tussengroep

* Grote verschillen tussen landen

* Vroegere landen uit de periferie 

    - Angola

    - Nigeria

    - Vietnam

* Vroegere landen uit het centrum

    - Rusland

Afhankelijke landen 

Periferie 

* Exporteert landbouwproducten en grondstoffen

    - veel concurrentie

    - weinig winst

Centrum en semiperiferie

* Maken industriële producten van grondstoffen                       

    - veel winst

* Periferie is afhankelijk van centrum en semiperiferie

* Centrum en semiperiferie zijn afhankelijk van periferie

Wat exporteert de periferie vooral?

1. Industriële producten
2. Grondstoffen
3. Landbouwproducten
4. Machines

Leg uit waarom het centrum en de periferie van elkaar afhankelijk zijn.

Zelfstandig werken

Maak 3.3 online 

Klaar? 

* Test Jezelf + Flitskaarten

* Check of je 3.1 en 3.2 online ook af hebt