2.1 organen van dieren

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

2.1 Organen van dieren

Leerdoelen

2.1.1 Je kunt organen benoemen in een torso en in een dwarsdoorsnede van de romp.
2.1.2 Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen en dieren.

Van groot naar klein

Organisatieniveaus: 

• organisme 
• orgaan
• weefsel
• cel

De organen van een mens

.

Organen

Ons lichaam is opgebouwd uit organen.

Orgaan: deel van een organisme met één of meer functies. 

Als organen "samenwerken" dan horen deze bij een orgaanstelsel

Wat is een orgaanstelsel?

1. Alle organen die werken
2. Alle organen die bezig zijn met leven
3. Alle levende organen
4. Alle organen die samenwerken aan 1 taak

Welk orgaanstelsel wordt hier weergegeven?

1. Ademhalingsstelsel
2. Verteringsstelsel
3. Bloedvatenstelsel
4. Spierstelsel

Hiernaast zie je een orgaanstelsel van een hond. Welk orgaanstelsel is dit?

1. Ademhalingsstelsel
2. Bloedvatenstelsel
3. Bottenstelsel
4. Verteringsstelsel

Welke organen zitten in de borstholte?

1. slokdarm en maag
2. hart en longen
3. longen en lever
4. luchtpijp en lever

Opdracht:

Sleep de organen naar de juiste plek in de torso.

Bij welk organenstelsel hoort dit orgaan?

1. Bloedvatenstelsel
2. Zenuwstelsel
3. Beenderstelsel
4. Spierstelsel

Is dit een doorsnede van de buikholte of borstholte?
En hoe heet het aangewezen orgaan?

1. Borstholte, Linkerlong
2. Borstholte, Rechterlong
3. Buikholte, Lever
4. Buikholte, Maag

Hiernaast zie je een doorsnede van de buikholte. Benoem de organen bij de pijlen.

1. Rood: Long. Groen: Lever
2. Rood: Long. Groen: Maag
3. Rood: Nier. Groen: Lever
4. Rood: Nier. Groen: Maag

Organen van dieren

Organen van insecten

Aan de slag

Opdracht 1 t/m 7 maken en nakijken