Vrije tijd - 26/9

Welke dag is het vandaag?
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Buitengewoon secundair onderwijs

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welke dag is het vandaag?

Slide 1 - Diapositive

Woensdag 

Slide 2 - Diapositive

Wat is de datum?

Slide 3 - Diapositive

27/09/2023 of 27 september 2023

Slide 4 - Diapositive

Hoe voel je je?
😒🙁😐🙂😃

Slide 5 - Sondage

Welk vak is het nu?

Slide 6 - Diapositive

Sport en vrije tijd

Slide 7 - Diapositive

Dagen van de week?

Slide 8 - Carte mentale

Zet de dagen van de week in de juiste volgorde. 
maandag 
dinsdag 
woensdag  
donderdag  
vrijdag
zaterdag
zondag

Slide 9 - Question de remorquage

vrijdag, ......., zondag
A
vrijdag
B
zaterdag
C
maandag
D
dinsdag

Slide 10 - Quiz

woensdag, ......., vrijdag
A
maandag
B
dinsdag
C
donderdag
D
zondag

Slide 11 - Quiz

dinsdag, ......, donderdag.

Slide 12 - Question ouverte

zaterdag, ......, maandag .

Slide 13 - Question ouverte

vrijdag, ......, zondag.

Slide 14 - Question ouverte

vrijdag en zaterdag is het weekend.
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quiz

Nu over sporten

Slide 16 - Diapositive

boksen
zingen
dansen
lezen
bidden
voetballen
zwemmen

Slide 17 - Question de remorquage

shoppen
koken
slapen
cricket spelen
naar school gaan
tennissen
eten

Slide 18 - Question de remorquage

volleyballen
douchen
boksen
basketballen
drinken
turnen
pingpongen

Slide 19 - Question de remorquage

winkelen/shoppen
A
B
C
D

Slide 20 - Quiz

huiswerk maken
A
B
C

Slide 21 - Quiz

Wat is dit?
A
Afwassen
B
Poetsen
C
lachen
D
Koken

Slide 22 - Quiz

Wat is dit?
A
Fietsen
B
Slapen
C
Lopen
D
Zwemmen

Slide 23 - Quiz

Wat is het goede werkwoord?
A
Bakken
B
Boksen
C
Lopen
D
Karate

Slide 24 - Quiz

Wat is het goede werkwoord?
A
Zingen
B
Paardrijden
C
Muziek luisteren
D
Zwemmen

Slide 25 - Quiz

Wat is het goede werkwoord?
A
Autorijden
B
Fietsen
C
Huiswerk maken
D
Paardrijden

Slide 26 - Quiz

Wat is het goede werkwoord?
A
Afwassen
B
Poetsen
C
Strijken
D
Wassen

Slide 27 - Quiz

Wat is het goede werkwoord?
A
Vegen
B
Borstelen
C
Stofzuigen
D
Lachen

Slide 28 - Quiz

Wat is dit?
A
Strijken
B
Poetsen
C
Fietsen
D
Wassen

Slide 29 - Quiz

Wat is dit?
A
Pingpongen
B
Trekken
C
Muziek luisteren
D
Basketballen

Slide 30 - Quiz

Wat is dit?
A
Computerspelletjes spelen
B
Dansen
C
Zingen
D
Televisie kijken

Slide 31 - Quiz

Wat is dit?
A
Schrijven
B
Lezen
C
Lopen
D
Fietsen

Slide 32 - Quiz

Wat is dit?
A
Schrijven
B
Lezen
C
Tekenen
D
Lachen

Slide 33 - Quiz

Wat is dit?
A
Zingen
B
Tennissen
C
Dansen
D
Badmintonnen

Slide 34 - Quiz

Wat is het goede werkwoord?
A
Lopen
B
Eten
C
Fietsen
D
Schrijven

Slide 35 - Quiz

Wat is het goede werkwoord?
A
Voetballen
B
Drinken
C
Eten
D
Slapen

Slide 36 - Quiz

Wat is het goede werkwoord?
A
Pingpongen
B
Tennissen
C
Badmintonnen

Slide 37 - Quiz

Wat hoor je?

Slide 38 - Question ouverte