Zebra 15 les 3

de bibliotheek
1 / 41
suivant
Slide 1: Carte mentale
NT2Voortgezet speciaal onderwijs

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

de bibliotheek

Slide 1 - Carte mentale

Zebra 15 les 3

Slide 2 - Diapositive

Ben jij lid van de bibliotheek?

Slide 3 - Question ouverte

Wat is de functie van de openbare bibliotheek?

Slide 4 - Question ouverte

Hoe kun je lid worden van een bibliotheek?

Slide 5 - Question ouverte

Weet je wat het kost om lid te worden?

Slide 6 - Question ouverte

wat betekent lenen?

Slide 7 - Question ouverte

Wat is een pas?

Slide 8 - Question ouverte

Als je een boek kwijt bent, moet jij de kosten betalen.
Wat betekent deze zin?

Slide 9 - Question ouverte

Wat vind jij een mooi boek? Schrijf de titel en de schrijver op

Slide 10 - Question ouverte

Oefening 7 vraag 1

Slide 11 - Question ouverte

Oefening 7 vraag 2

Slide 12 - Question ouverte

Oefening 7 vraag 3

Slide 13 - Question ouverte

Oefening 7 vraag 4

Slide 14 - Question ouverte

Oefening 7 vraag 5

Slide 15 - Question ouverte

Oefening 7 vraag 6

Slide 16 - Question ouverte

Oefening 11 vraag 3

Slide 17 - Question ouverte

oefening 11 vraag 2

Slide 18 - Question ouverte

oefening 5

Slide 19 - Diapositive

Maak een zin met lenen

Slide 20 - Question ouverte

Maak een zin met de computer

Slide 21 - Question ouverte

Maak een zin met de dvd

Slide 22 - Question ouverte

Maak een zin met de identiteitskaart

Slide 23 - Question ouverte

Maak een zin met de pas

Slide 24 - Question ouverte

Maak een zin met de kosten

Slide 25 - Question ouverte

Maak een zin met terugbrengen

Slide 26 - Question ouverte

oefening 21

Slide 27 - Diapositive

Waarom verzamelen mensen postzegels?

Slide 28 - Question ouverte

Wat betekent ongeveer hetzelfde als verzamelen?
A
onthouden
B
sparen
C
weggooien
D
vinden

Slide 29 - Quiz

Wat betekent in een formulier :
dhr. of mevr. ?

Slide 30 - Question ouverte

Een leerling in groep 1 heeft een tussenvoegsel voor zijn /haar achternaam. Wie?

Slide 31 - Question ouverte

Op welk huisnummer woon jij?
Heeft het een toevoeging?

Slide 32 - Question ouverte

vraag 21.4.1

Slide 33 - Question ouverte

vraag 21.4.2

Slide 34 - Question ouverte

vraag 21.4.3

Slide 35 - Question ouverte

Vraag 21.4

Slide 36 - Question ouverte

Vraag 21.4.5

Slide 37 - Question ouverte

Vraag 21.4.6

Slide 38 - Question ouverte

Oefening 22

Slide 39 - Diapositive

Maak een zin met openen

Slide 40 - Question ouverte

Maak een zin met openen

Slide 41 - Question ouverte