Examentraining Schrijven (B1)

Staatsexamen Schrijven Programma I
Ik kan vertellen hoe het Staatsexamen Schrijven Programma I eruitziet
Ik kan zinnen adequaat en grammaticaal correct aanvullen
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2MBOStudiejaar 1-4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Staatsexamen Schrijven Programma I
Ik kan vertellen hoe het Staatsexamen Schrijven Programma I eruitziet
Ik kan zinnen adequaat en grammaticaal correct aanvullen

Slide 1 - Diapositive

Voorbereiden
Opdracht: Bespreek in duo's: Hoe lang duurt het examen Schrijven Programma I? Welke opdrachten moet je doen? Mag je wel of geen woordenboek gebruiken? Wat vind jij nog moeilijk bij schrijven?

Antwoorden:
  • 100 minuten
  • 8-10 zinnen schrijven
  • 2 korte teksten aanvullen
  • 2 korte teksten schrijven
  • Pocketwoordenboek Nederlands als tweede taal


timer
5:00

Slide 2 - Diapositive

Voorbereiden
Je moet soms deze teksten schrijven:

  • Een formulier
  • Een e-mail
  • Een instructie
  • Een verslag
  • Een brief
  • ...



Slide 3 - Diapositive





Bij het aanvullen van zinnen word je beoordeeld op:
Inhoud: 1 punt
Grammatica: 1 punt

Slide 4 - Diapositive

Instructie
Ik koop fruit, want ik wil gezond eten.
Ik koop fruit, omdat ik gezond wil eten.

  • Ik koop fruit, want ik wil gezond eten.
  • Ik koop fruit, omdat ik gezond wil eten.


Slide 5 - Diapositive

Instructie
Ik koop fruit, omdat ik gezond wil eten.
Omdat ik gezond wil eten, koop ik fruit.

Hoofdzin + voegwoord  + bijzin: 
  • Ik koop fruit, omdat ik gezond wil eten.

Voegwoord + bijzin + hoofdzin met inversie:
  • Omdat ik gezond wil eten, koop ik fruit. 


Slide 6 - Diapositive

Zet het voegwoord op de eerste plaats:

Ik ga slapen als ik moe ben.

Slide 7 - Question ouverte

Zet het voegwoord op de eerste plaats:

Ik poets mijn tanden voordat ik naar bed ga.

Slide 8 - Question ouverte

Zet het voegwoord op de eerste plaats:

Ik luister naar muziek terwijl ik naar school loop.

Slide 9 - Question ouverte

Instructie
Ik ga slapen als ik moe ben
Als ik moe ben, ga ik slapen.

Ik poets mijn tanden voordat ik naar bed ga.
Voordat ik naar bed ga, poets ik mijn tanden. 

Ik luister naar muziek terwijl ik naar school loop.
Terwijl ik naar school loop, luister ik naar muziek. 

Slide 10 - Diapositive

Oefenen
Opdracht: Bespreek in duo's hoeveel punten de cursist volgens jullie krijgt voor deze zinnen: 0, 1 of 2 punten? 

  1. Terwijl ik naar school loop, ik denk aan veel dingen.
  2. Anna is vandaag afwezig, waardoor ze ziek is. 
  3. Ik maak volgende week examens in Zwolle. Ik hoop dat ik ga het examen halen.
  4. Hoewel het gisteren hard regende, gingen we op de fiets naar school.
  5. Doordat de docent laat was, de les later begonnen was.

Klaar? 
Verbeter dan samen de zinnen die nog niet goed zijn. 

timer
10:00

Slide 11 - Diapositive

Antwoorden
  • 1p. Terwijl ik naar school loop, ik denk aan veel dingen.
  • 0p. Anna is vandaag afwezig, waardoor ze ziek is.
  • 1p. Ik maak volgende week examens in Zwolle. Ik hoop dat ik ga het examen halen.
  • 2p. Hoewel het gisteren hard regende, gingen we op de fiets naar school.
  • 1p. Doordat de docent laat was, de les later begonnen was.

Slide 12 - Diapositive

Instructie
Sommige signaalwoorden zijn voegwoorden:

Ik kom niet naar school, omdat ik heel ziek ben. 
Omdat ik heel ziek ben, kom ik niet naar school.

Sommige signaalwoorden zijn geen voegwoorden:

Ik ben heel ziek. Ik kom daarom niet.
Ik ben heel ziek. Daarom kom ik niet.




Slide 13 - Diapositive

Oefenen
Opdracht: Maak de zinnen af. 


Slide 14 - Diapositive


Het is vandaag heel koud. Daarom ... (een jas aantrekken)

Slide 15 - Question ouverte


Mijn zoontje is ziek vandaag. Daardoor ... (niet komen) 

Slide 16 - Question ouverte


Ik ben vandaag heel moe. Toch ... (naar school gaan). 

Slide 17 - Question ouverte

Oefening: Zelf zinnen aanvullen
Opdracht: Vul de zinnen van het oefenexamen aan.

Let op de functie van het voegwoord of signaalwoord in de zin.
Let ook op de woordvolgorde in de hoofdzin of bijzin. 

Klaar? Maak dan een middellange schrijfopdracht.
timer
30:00

Slide 18 - Diapositive

Bespreken
Opdracht: We bespreken samen via LessonUp of de zinnen correct zijn aangevuld.



Slide 19 - Diapositive

Welke soorten teksten moet je soms
schrijven bij het examen B1?

Slide 20 - Carte mentale

Oefening: Bijzin of hoofdzin met inversie?
Opdracht: Probeer nu de zinnen samen op de goede manier aan te vullen.

  1. Ik kom morgen een beetje later, omdat ...
  2. De bussen rijden deze week niet, doordat ...
  3. Toen ik klein was, ...
  4. Wanneer je geslaagd bent voor je examen, ... 
  5. Je moet een berichtje sturen als ...

Klaar? Schrijf dan zelf vijf zinnen met een voegwoord op de eerste plaats.
timer
15:00

Slide 21 - Diapositive


Zin 1: Ik kom morgen een beetje later, omdat ...

Slide 22 - Question ouverte


Zin 2: De bussen rijden deze week niet, doordat ...

Slide 23 - Question ouverte


Zin 3: Toen ik klein was ...

Slide 24 - Question ouverte


Zin 4: Wanneer je geslaagd bent voor je examen, ...

Slide 25 - Question ouverte


Zin 5: Je moet een berichtje sturen als ... 

Slide 26 - Question ouverte