Klooster

Klooster
1 / 12
suivant
Slide 1: Carte mentale
GeschiedenisBasisschoolGroep 5

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Klooster

Slide 1 - Carte mentale

Dagindeling van Benedictijner monniken
4.00 uur opstaan en de eerste dienst begint; de Metten.
5.30 uur Bijbellezen of boeken over de Bijbel. De oudere monniken mogen weer gaan slapen.
7.30 uur naar de tweede kerkdienst; de Lauden.
8.00 uur bespreken wie welk werk gaat doen.
9.00 uur naar de derde kerkdienst; de Terts.
9.30 uur aan het werk

Slide 2 - Diapositive

11.45 uur naar de vierde kerkdienst; de Sext.
12.30 uur middageten, naar het voorlezen uit de Bijbel luisteren, praten is verboden, daarna rusten.
14.15 uur naar de vijfde kerkdienst; het Noon.
14.30 uur aan het werk.
17.30 uur naar de kerk voor de zesde dienst met avondzangen; de Vespers.

Slide 3 - Diapositive

18.30 uur avondeten.
19.30 uur werk afmaken, vergaderen of lezen.
20.30 uur naar de laatste en zevende dienst; de Completen.
21.00 uur de monniken gaan naar bed.

Slide 4 - Diapositive

Hoe laat moeten Benedictijner monniken opstaan?
A
3 uur
B
4 uur
C
5 uur
D
6 uur

Slide 5 - Quiz

Belangrijk in deze tijd:
Adel
Adel, rijke mensen die een titel hebben, zoals een graaf of een koning hebben ook geld en macht. Ze konden een goed huis bouwen, zoals een kasteel. Ze konden zo ook andere mensen beschermen.
Ridders
Rijke mannen van adel, konden ridder zijn. Ze leefden erg vroom (volgens godsdienstregels) en konden goed vechten. Een ridder draagt een harnas ter bescherming. Ridders oefenden vechten in toernooien, maar gingen soms ook oorlog voeren in een kruistocht. (Godsdienstoorlog)
Monnik
Monniken zijn gelovige mensen. Ze leven in het klooster. Daar leven ze hun leven lang. Ze kunnen lezen en schrijven. Arme mensen kunnen dit niet. 
Godsdienst
De kerk wil vrede en veel volgers van hun godsdienst. Ze sturen missionarissen naar wilde volken om ze te bekeren. Overal worden kerken gebouwd. Monniken schrijven de bijbel over. Een zorgvuldig en precies werkje (soms saai) noemen we een monnikenwerkje. 
(Wat wilde Romeinse keizer Constantijn ook alweer?)
Missionaris
De kerk stuurt gelovige monniken naar de 'wilde volken' als de Franken, Germanen en Friezen. De monniken hebben een opdracht, een missie. Ze moeten de mensen bekeren en ze in het Christendom laten geloven. Als een monnik die opdracht krijgt heet hij een missionaris. 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Waarop schreven de monniken?
A
papier
B
dierenvellen
C
hout
D
stenen

Slide 8 - Quiz

Monnik
Een monnik leeft in het klooster. Een kerk en een klooster zijn plekken waar je kunt bidden. Een gebedshuis. In een kerk mag iedereen komen, in een klooster niet.  In een klooster wonen monniken en/of nonnen. Je kunt er op afspraak komen. 
Wat doet een monnik?
Bidden en psalmen zingen. De tuin verzorgen, de armen helpen. De bijbel bestuderen en overschrijven. Want monniken konden lezen en schrijven. Dan kon niet iedereen (meer). Omdat er zoveel kloosters en kerken werden gebouwd, waren er ook bijbels nodig. Een heel 'monniken' werk.

Slide 9 - Diapositive

Monniken- werk

  • Vroeger kon niet iedereen schrijven. 
  • Monniken leerden in het klooster lezen en schrijven. 
  • Ze deden belangrijk werk door boeken en bijbels met de hand over te schrijven.  
  • Ze schreven met inkt op perkament. 

Slide 10 - Diapositive

Luister naar het verhaal

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Lien