hv1a Unité 2 - les 31- 101122

Salut hv1a!
Le 10 novembre, 2022
BIENVENUE!

-  svp boek, schrift en pen op tafel
- svp telefoon in de telefoontas
- we zijn stil

1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Salut hv1a!
Le 10 novembre, 2022
BIENVENUE!

-  svp boek, schrift en pen op tafel
- svp telefoon in de telefoontas
- we zijn stil

Slide 1 - Diapositive

Regels in de klas
- Bij binnenkomst doe je je telefoon in de telefoontas en leg je je boek, schrift en pen op tafel.
- Telefoon op "stil" in de telefoontas
- Geen oordopjes in de klas. 
- "Attention" betekent "let op!", als ik dat zeg ga ik iets uitleggen en dan zijn jullie stil. 
- We hebben respect voor elkaar en luisteren naar elkaar, wil je
   iets zeggen dan steek je je vinger op. 
- Rood stoplicht betekent mond dicht en je steekt je vinger op als je iets 
   wilt zeggen. Pas als ik je het woord geef praat je en de rest is stil. 
- Oranje stoplicht betekent ZACHTJES overleggen mag. 

Slide 2 - Diapositive

Le but (het doel van deze les)
Na deze les:
- weet ik wat het werkwoord "avoir" betekent en waar je het voor gebruikt. 

Slide 3 - Diapositive

Startopdracht 
Maak 3 kleine zinnetjes met het werkwoord "avoir". 
Schrijf ze op in je schrift, we kijken ze zo na. 

Slide 4 - Diapositive

Le program
  1. Startopdracht - schrijf 3 kleine zinnetjes met het werkwoord "avoir". 
  2. Bonjour! Comment ça va? 
  3. Het huiswerk noteren voor volgende keer. 
  4. Corriger les devoirs
  5. Leestoets nakijken 
  6. Le verbe "avoir"
  7. On travaille
  8. LOTO
  9. Au revoir!

Slide 5 - Diapositive

Les devoirs pour le 11 novembre 2022
- Faire: "Avoir" oefening op google classroom (schrijf de
  antwoorden in je schrift) en exercice 8D (page 54).
 -  Apprendre: apprendre 3 - het rijtje van "avoir" (page 69)
   

Slide 6 - Diapositive

Le verbe "avoir"
- Waar gebruik je het werkwoord "avoir" voor?
- Hoe zeg je: Ik ben 12 jaar? 
- J'  ............................. un chat.
- Nous ........................ une grande maison.
- Vous ............................ un beau jardin. 
- Tu ................... un chien. 
- Ils ......................... une guitare. 

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Corriger les devoirs 
- Le verbe "avoir", wie kent het rijtje?
- Corriger "startopdracht".
- Corriger exercice 8A, 8B et 8C (page 53-54)

Slide 9 - Diapositive

On travaille 
- Faire: "Avoir" oefening op google classroom (schrijf de
  antwoorden in je schrift) en exercice 8D (page 54).
 - Apprendre: apprendre 3 - het rijtje van "avoir" (page 69)
   

Slide 10 - Diapositive

LOTO 
- On joue LOTO (page 49)
   

Slide 11 - Diapositive

Au revoir! 
- Wat heb je vandaag geleerd?

À demain! 

Slide 12 - Diapositive