2T Pincode H4 Goed gemaakt?

Produceren is het maken van goederen en het verlenen van diensten.
A
Juist
B
Niet Juist
1 / 12
suivant
Slide 1: Quiz
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Produceren is het maken van goederen en het verlenen van diensten.
A
Juist
B
Niet Juist

Slide 1 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een kamer schilderen valt ook onder produceren.
A
Juist
B
Niet Juist

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


De productiekosten voor het maken 
van 12 smoothies bedragen € 19,20.
Wat is de kostprijs per smoothie?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van de drie productiesectoren zie je op de achtergrond?
A
Agrarische bedrijven
B
Industriële bedrijven
C
Dienstverlenende bedrijven

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van de drie productiesectoren zie je op de achtergrond?
A
Agrarische bedrijven
B
Industriële bedrijven
C
Dienstverlenende bedrijven

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke 3 productiefactoren zijn er?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Onder welke productiefactor valt een grote landbouwmachine?
A
Arbeid
B
Natuur
C
Kapitaal

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bereken je de kostprijs per product?
A
Kostprijs = productiekosten : aantal producten
B
Kostprijs = aantal producten x productiekosten
C
Kostprijs = Opbrengsten:Kosten
D
Kostprijs= Opbrengsten - Kosten

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Anna heeft een eigen bedrijf. Ze verkoopt bloemen.

Ze verkoopt deze maand 100 bossen. Haar totale productiekosten zijn €300,-

Wat is de kostprijs per product?
A
€ 0,30
B
€ 3,-
C
€ 0,33
D
€ 3,30

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Meubelmaker Daan maakt een boekenkast. De planken die hij gebruikt, kosten 15,90 per meter. Voor de boekenkast gebruikt hij 15 meter hout.
Aan lijm en schroeven is hij 2,60 kwijt.

Hoeveel kosten maakt Jaap?


Slide 10 - Question ouverte

€ 241,10 
Tot welke productiefactor horen de stalen balken op de foto?
A
Natuur
B
Arbeid
C
Kapitaal

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De volgende bedrijven horen bij de productie van kaas. Zet ze in de juiste volgorde zodat er een bedrijfskolom ontstaat.

Kaasfabriek - Boerderij - Supermarkt - Groothandel

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions