DGW vg: T2 B1

2.2 Organen van planten
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

2.2 Organen van planten

Slide 1 - Diapositive

In deze LessonUp
  • Leerdoelen
  • De organen van planten met hun functies
  • Filmpje met uitleg
  • Vatenstelsel in een plant
  • Oefenen
  • Check: alles gelukt?

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt de bouw en functie van wortels, stengels en bladeren beschrijven. 
  • Je kunt orgaanstelsels van planten noemen met hun functie.

Slide 3 - Diapositive

Organen van planten
Organen van een plant: 
  • Wortels
  • Stengels
  • Bladeren
Je moet weten uit welke onderdelen de 
organen bestaan en wat hun functies zijn.

Slide 4 - Diapositive

De bouw van wortels
Alle planten hebben wortels. Ze zien eralleen niet altijd 
hetzelfde uit. Vaak bestaan ze uit de volgende onderdelen: 
  • Hoofdwortel 
  • Zijwortel
  • Wortelhaartjes
Alle wortels samen noem je een wortelstelsel. Het wortelstelsel
is een orgaanstelsel. 
Bomen kunnen supergrote wortelstelsels hebben! (zie volgende dia)

Er bestaan ook andere soorten wortels, zoals bollen (denk aan tulpen en uien). Die hebben geen hoofdwortel of zijwortels. (zie volgende dia)

Slide 5 - Diapositive

Bomen hebben vaak hele grote wortelstelsels!
Sommige planten, zoals deze uien, hebben geen hoofdwortel en zijwortels.

Slide 6 - Diapositive

De functie van wortels
Wortels hebben drie belangrijke functies voor een plant: 
  • Water en mineralen opnemen uit de bodem.
Mineralen zijn voedingsstoffen voor een plant, ze zitten opgelost in water in de grond. Met de wortelharen neemt de plant het water met mineralen op uit de bodem.
  • De plant stevig vastzetten in de grond. 
Omdat de wortels zo sterk vertakken zorgen ze dat de plant stevig in de grond staat! Zodat hij bijvoorbeeld niet kan omwaaien.
  • Reservestoffen opslaan. 
Reservestoffen zijn stoffen die de plant niet meteeen nodig heeft. Hij bewaart ze om later te gebruiken. Bijvoorbeeld om in de lente snel te kunnen groeien! (zie afbeelding 4 van B2).

Slide 7 - Diapositive

Samenvatting wortels
Op de volgende dia staat een link naar wat extra uitleg over wortels. Als je wilt kun je daar naar kijken. 

Let op! Dit is een pagina van www.biologiepagina.nl. Hier kun je zelf ook extra uitleg en dergelijke op vinden.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Lien

Stengels
Van de stengels hoef je nog geen onderdelen te weten. 
Stengels zitten tussen de wortels en bladeren. Ze hebben twee functies: 
  • Transport (vervoer) van stoffen. 
Door de stengel gaan water en mineralen van de wortels naar de bladeren. 
En glucose gaat vanuit de bladeren weer naar alle andere delen van de plant. 
  • Stevigheid geven aan de plant.
Om de blaadjes in de lucht te houden en rechtop te blijven staan, zorgt de stengel voor stevigheid voor een plant. 
Er bestaan houtachtige planten en kruidachtige planten. Zie de volgende dia voor uitleg hierover.

Slide 10 - Diapositive

De takken en stammen (de stengels dus) van bomen en struiken bevatten veel hout. Ze zijn heel stevig. Ze heten houtachtige planten.
De stengels van andere planten bevatten haast geen hout. Die noem je kruidachtige planten. Hun stengels zijn alleen stevig als de plant genoeg water heeft gekregen.

Slide 11 - Diapositive

De bouw van bladeren
Een blad bestaat uit de volgende onderdelen:
  • De bladsteel. Hiermee zit hij vast aan de stengel.
  • De bladschijf. Zo noem je het hele platte gedeelte van het blad. 
  • De hoofdnerf en de zijnerven. Die liggen in de bladschijf. 
Ze geven stevigheid en zorgen voor transport van water en mineralen 
ín het blad. De hoofdnerf loopt meestal in het midden van het blad en de 
zijnerven zijn aftakkingen van de hoofdnerf.
  • Het bladmoes is alles wat tussen de nerven zit (het groene). 


Slide 12 - Diapositive

De functie van bladeren
Je hebt geleerd dat planten aan fotosynthese doen in alle groene delen van de plant. Dat kan dus de stengel zijn als deze groen is, maar de meeste fotosynthese vindt plaats in de bladeren. Dat is dan ook de belangrijkste functie van de bladeren. 

Het water dat nodig is voor fotosynthese wordt door de wortels uit de grond gehaald en via de stengel naar de bladeren vervoerd. Daar komt het in het bladmoes, waar de meeste fotosynthese plaatsvindt.

Slide 13 - Diapositive

Vaatbundels
In de stengel lopen lange dunne buisjes, als een soort rietjes: de vaten

In veel planten liggen die vaten in groepjes bij elkaar, alsof je een hand vol rietjes hebt. Zo'n groepje noem je een vaatbundel

Die vaatbundels beginnen in de wortels en gaan door de stengel naar de bladeren. Ook in de nerven van het blad zitten vaatbundels.
Kijk goed naar afbeelding 8, daarin zie je hoe de vaatbundels eruit zien.

Slide 14 - Diapositive

Vatenstelsel
Alle vaten in een plant bij elkaar noem je het vatenstelsel. Dit is een orgaanstelsel van de plant. 
De functie van het vatenstelsel is transport. Dat transport gaat twee kanten op:
  • Water en mineralen gaan van de wortels naar de andere delen van de plant. 
  • Glucose (gemaakt door fotosynthese in de bladeren) gaat van de bladeren naar de andere delen van de plant.

Slide 15 - Diapositive

Vaatbundels
Hiernaast zie je een foto van een stuk bleekselderij (een groente). Dit is de stengel. 
Je ziet de vaatbundels zitten, allemaal hele kleine buisjes die in een groepje bij elkaar liggen!

Slide 16 - Diapositive

Oefenen
Je kunt op verschillende manieren oefenen met deze basisstof: 
  • Gebruik de flitskaarten in BiologieMAX
  • Gebruik de Test Jezelf in BiologieMAX
  • Maak een overzicht van de organen van een plant en de functies die erbij horen. 
  • Maak een overzicht van de orgaanstelsels (2) van een plant en de functies die erbij horen. 
  • Probeer het uit te leggen aan je ouders of broertje of zusje. Als je iets kan uitleggen, betekent dat dat je het begrijpt!

Slide 17 - Diapositive

Check: Alles gelukt?
Met behulp van de leerdoelen kun je controleren of je alles weet en begrijpt. 
De leerdoelen van deze basisstof zijn: 

  • Je kunt de bouw en functie van wortels, stengels en bladeren beschrijven.
  • Je kunt orgaanstelsels van planten noemen met hun functie.

Je kan vragen bedenken die bij deze leerdoelen horen. Als je die kunt beantwoorden, weet je dat je het kunt! Hieronder heb ik voor jullie van de leerdoelen vragen gemaakt. 
  • Beschrijf de bouw en functie van wortels, stengels en bladeren. Maak van de wortels en bladeren een tekening met de verschillende onderdelen. 
  • Noem de orgaanstelsels van een plant met hun functie.

Slide 18 - Diapositive